Sommige vaccins werken effectiever als je van tevoren een deel van de darmflora uitschakelt. Amsterdamse onderzoekers publiceerden die conclusie zojuist in Cell Host & Microbe, zij het met een paar slagen om de arm.

Vanessa Harris, Bas Haak en collega’s van het AMC probeerden het uit met het rotavirusvaccin, dat kwetsbare jonge kinderen moet beschermen tegen levensbedreigende aanvallen van diarree. Vanaf 2019 wordt dit vaccin opgenomen in het Nederlandse Rijksvaccinatieprogramma. Zulke vaccins bevatten verzwakte rotavirussen, die het immuunsysteem aanzetten tot de productie van antilichamen. Ze worden oraal toegediend en komen dus rechtstreeks in contact met het darmmicrobioom.

Experimenten op die leeftijdsgroep zijn ethisch moeilijk verdedigbaar, dus de proefpersonen waren 66 gezonde volwassen mannen. Eenderde kreeg het zware antibioticum vancomycine toegediend dat een deel van hun darmmicrobioom lamlegde. Eenderde kreeg een ‘breed spectrum’-cocktail van vancomycine, ciprofloxacine en metrodinazol die een nog veel groter deel van hun darmflora uitmoordde, en de rest kreeg geen antibiotica maar wel het vaccin.

Voor de hoeveelheid rotavirus-antilichamen in het bloed leek het weinig tot niets uit te maken; bij de groep die enkel vancomycine had gekregen was het alleen in het begin een klein beetje meer. Maar bij de proefpersonen die antibiotica hadden gekregen zaten wél meer rotavirussen in de ontlasting, wat suggereert dat het vaccin beter haar best deed.

Het suggereert dat je de werking van vaccins in principe kunt beïnvloeden via het darmmicrobioom maar dat je het handiger moet aanpakken. Op grote schaal vancomycine uitdelen is trouwens sowieso niet zo’n goed idee.

Dát dit idee kan werken is niet zo verbazend. Rotavirussen veroorzaken darmontstekingen, en ongetwijfeld zijn er darmbacteriën die van nature het virus ondersteunen. Als je met antibiotica selectief een deel van de populatie uitroeit, krijgt de rest meer leefruimte. De kunst is om de juiste soorten te laten overleven, en het lijkt er op dat dit voor het eerst een beetje is gelukt.

Helemaal toevallig was dat trouwens niet - de Amsterdammers hebben al eerder een paar bacteriegeslachten geïdentificeerd die er bij betrokken lijken te zijn, en dáár was de keuze voor vancomycine op gebaseerd.

bron: Cell Press