Zit je vaak te dagdromen tijdens saaie vergaderingen? Dan ben je waarschijnlijk slimmer en creatiever dan gemiddeld, stellen Eric Schumacher en collega’s van het Georgia Institute of Technology in het tijdschrift Neuropsychologia.

Ze vroegen meer dan honderd proefpersonen naar hun neiging tot geestelijk afdwalen, lieten ze een reeks intelligentie- en creativiteitstests doen en legden ze ten slotte in een MRI-scanner, waar ze vijf minuten naar een vast punt moesten kijken terwijl hun hersenpatronen werden opgenomen. De mate waarin hersendelen in die rusttoestand onderling communiceren, schijnt iets te zeggen over hun werking in het algemeen. De proefpersonen die het best scoorden tijdens de tests en volgens de MRI de efficiëntste hersenen hadden, waren ook degenen die het meest zeiden te dagdromen.

Het verbaast Schumacher niets. Volgens hem stelt die efficiëntie je in staat aan iets anders te denken en toch met een half oor te blijven luisteren, zodat je de draad van andermans verhaal niet kwijtraakt en kunt inhaken zodra dat nodig is. Hij vermoedt dat het net zo werkt bij verstrooide professoren en bij leerlingen die sneller van begrip zijn dan de rest van de klas.