Tijdens de opening van het Academisch Jaar maakte Wageningen University & Research bekend dat het gratis licenties op de CRISPR-technologie gaat aanbieden aan non-profit organisaties.

00026816_Sergio Ingravalle

Beeld: IKON images

‘We willen met dit besluit de ontwikkeling van nieuwe, duurzamer voedingsgewassen in een stroomversnelling brengen door toepassing van CRISPR. Zo zijn we een voorbeeld voor andere patenteigenaars’, verklaart John van der Oost, hoogleraar microbiologie aan de Wageningen Universiteit & Research. Hij is een van de grondleggers van CRISPR-Cas en nu ook een van de drijvende krachten achter het initiatief.

Van der Oost kwam op het idee toen hij keek naar een VPRO-uitzending over planten droogteresistent maken, in samenwerking met het International Rice Research Institute (IRRI) in de Filippijnen. Lokale boeren krijgen zo ondersteuning bij de productie van deze gewassen, met als resultaat betere voeding voor een lagere prijs.

 

‘We spreken af dat onderzoekers geen geld vragen om met de geoctrooieerde technologie planten te verbeteren’

‘Daarna dacht ik: waarom geven we onze CRISPR-patenten niet gratis weg om dit soort onderzoek lokaal een boost te geven?’ vertelt hij. ‘Non-profit organisaties en de lokale bevolking profiteren hier beiden van. Zeker omdat vooral commerciële partijen geld beschikbaar hebben voor licenties op de CRISPR-patenten (zie kader, red.). Met de contracten die we opstellen, verzekeren we dat onderzoekers geen geld vragen om met de geoctrooieerde technologie planten te verbeteren.’

Honger uitbannen

Als hoger doel streeft Van der Oost ernaar honger de wereld uit te bannen door vooral ontwikkelingslanden toegang te geven tot deze technologie. Onderzoekers kunnen zo plantenziektes voorkomen door genetische aanpassingen en gewassen droogteresistent of zouttolerant te maken, zodat ze beter bestand zijn tegen klimaatverandering. ‘In tegenstelling tot klassieke plantenveredeling kun je met CRISPR-Cas relatief gemakkelijk, snel en nauwkeurig aanpassingen aanbrengen in DNA van planten’, vertelt Van der Oost. ‘Zo is het collega’s gelukt om een wilde tomaat binnen twee jaar zo te veranderen dat het uiterlijk niet te onderscheiden is van de tomaat bij de groenteboer die honderden jaren aan veredeling en mutagenese nodig had, maar met een wezenlijk verschil: de CRISPR-tomaat smaakt beter en heeft een hogere voedingswaarde.’

‘Patenten mogen belangrijke maatschappelijke ontwikkelingen niet in de weg staan’

Complex CRISPR-landschap

Inmiddels zijn er meer dan veertig varianten van het CRISPR-Cas-systeem bekend. Allemaal RNA-eiwitcomplexen met een soms subtiel verschil in structuur of de functie, zodat voor de meeste patenten zijn aangevraagd door ontdekkers. Van der Oost: ‘Wij hebben onze patenten voor het bacteriële enzym ThermoCas9 nu gratis beschikbaar gesteld. Dat is een stabiel eiwit dat met zijn RNA een match kan vinden in het DNA, om vervolgens op die plek te knippen. Tijdens het repareren van de DNA-breuk introduceren we gewenste veranderingen. We proberen de temperatuur waarbij het enzym optimaal functioneert, ongeveer 60°C, te verlagen. In planten zagen we dat ThermoCas9 ook redelijk werkt bij lagere temperaturen. Dat gaan we de komende tijd optimaliseren, zodat het nog beter bruikbaar is om planten te verbeteren.’

John 2013 square-edit

John van der Oost

Getouwtrek

Vooral buiten Europa zal het beschikbaar stellen van licenties letterlijk en figuurlijk zijn vruchten afwerpen. In de EU valt alle CRISPR-Cas-editing nog steeds onder de ggo-regelgeving, wat een grote belemmering is voor het gebruik in de Europese gewasverbetering. ‘Dit voorjaar kwamen er signalen uit Brussel dat er mogelijk wat gaat veranderen, maar het kan nog jaren duren. Buiten Europa gaan de ontwikkelingen snel verder, dus daar zien we veel kansen voor CRISPR-Cas.’

Veel patenthouders zetten de techniek commercieel in. Van der Oost: ‘Dat leidt tot veel getouwtrek om de patenten verleend te krijgen en zelfs tot rechtszaken tussen partijen die overlappende belangen hebben. Op zich is er wat voor te zeggen dat uitvinders hun ‘intellectueel eigendom’ zo beschermen en er geld mee verdienen. Maar het mag belangrijke maatschappelijke ontwikkelingen niet in de weg staan. We moeten proberen daar een balans in te vinden. Ook hopen we de eigenaren van de belangrijkste CRISPR-Cas-patenten mee te krijgen om de snelste vooruitgang in onderzoek te kunnen boeken.’

CRISPR patenteren, hoe werkt dat?

Voor elk nieuw ontdekt gen of eiwit van het CRISPR-Cas-systeem met unieke eigenschappen of toepassingen kan een onderzoeker patent aanvragen. De claims van zo’n patentaanvrager moeten nieuw zijn, dus nog niet gepubliceerd of beschreven zijn in eerdere patentaanvragen. Bij elke gepatenteerde toepassing kan een patenthouder een licentie verlenen aan een gebruiker. Bij commerciële toepassingen moet de licentienemer een overeengekomen vergoeding betalen aan de patenteigenaar.

Wereldwijd zijn er duizenden patenten op verschillende CRISPR-Cas-systemen. Het bekendste systeem, CRISPR-Cas9, is deels in handen van Nobelprijswinnaars Jennifer Doudna (UC Berkeley), Emmanuelle Charpentier (universiteit van Wenen) en Feng Zhang (MIT/Harvard). Vooralsnog heeft het United States Patent and Trademark Office besloten dat Doudna en Charpentier het exclusieve recht hebben om het systeem in bacteriën te gebruiken en Zhang juist in dierlijke of humane cellen en planten, maar er komt nog een herbeoordeling.

Veel licenties zijn daarnaast verkocht aan het bedrijfsleven, waaronder aan spin-out bedrijven die voortvloeien uit deze universiteiten en onderzoeksinstituten.