Humuszuren in veengrond werken als een soort accu. En dat is de reden dat er veel minder methaan uit zulke ‘wetlands’ komt dan je zou verwachten, suggereert een publicatie in Nature Geoscience.

Voorwaarde is dat de grondwaterstand fluctueert zodat bepaalde bodemlagen soms wél zuurstof uit de lucht krijgen, en soms ook niet omdat ze onder water zitten. De bodemflora wordt zo gedwongen om periodiek heen en weer te schakelen tussen aeroob en anaeroob.

Volgens onderzoekers van de ETH Zürich en de universiteit van Tübingen (Duitsland) krijg je dan dat in zuurstofloze (anoxische) perioden de humuszuren dienen als elektronenpaaracceptor. Zakt het waterpeil weer, dan dragen de humuszuren de opgevangen elektronen weer over aan de vers gearriveerde zuurstof.

Als dit omschakelen frequent genoeg gebeurt, hoeven anaerobe bacteriën niet hun toevlucht te nemen tot andere elektronenacceptoren, zoals CO2. Uit die CO2 wordt dan ook geen methaan gevormd.

De onderzoekers hebben het in het lab uitgeprobeerd met Shewanella oneidensis, een micro-organisme dat zowel aeroob als anaeroob kan functioneren, en vier verschillende humuszuren. Het bleek inderdaad zo te werken.

Dat die humuszuren kunnen functioneren als elektronenacceptor was overigens al langer bekend. Maar niemand lijkt zich te hebben gerealiseerd dat ze zich ook weer kunnen ‘ontladen’ als de omgevingscondities veranderen, en dat ze dus werken als een gigantische accu. Voor het klimaat is dit een heel belangrijk mechanisme: methaan is een veel sterker broeikasgas dan CO2 en als de vorming niet werd onderdrukt zou ze 170 procent hoger liggen, schatten de onderzoekers.

bron: ETH Zürich

Onderwerpen