Huisarts hielp Beethoven om zeep

Ludwig van Beethoven is in 1827 overleden aan een loodvergiftiging die hij aan z’n behandelend arts Andreas Wawruch te danken had. Dat stelt patholoog Christian Reiter na nauwgezet onderzoek van enkele haren van de beroemde componist.

Als verzachtende omstandigheid mag gelden dat dr. Wawruch onmogelijk kon weten wat hij aanrichtte.

Dat de stoffelijke resten van Beethoven een verdacht hoog loodgehalte vertonen, was al eerder ontdekt. Maar volgens Reiter vertoont het loodgehalte van de haren vier duidelijke pieken.

Terugtellend vanaf Beethovens dood vallen die pieken precies samen met de vier keer dat de componist zich liet behandelen voor vochtophoping (oedeem) in de buikholte. Dr. Wawruch tapte het vocht telkens af en smeerde de wond dan dicht met een loodhoudende zalf.

Op zich zou die zalf niet dodelijk zijn geweest. Maar wat dr. Wawruch niet kon weten was dat Beethoven al jaren eerder een loodvergiftiging had opgelopen, mogelijk doordat hij in een kuuroord teveel loodhoudend mineraalwater gedronken had. Voor zijn zieke lever was de extra dosis lood de genadeklap, denkt Reiter.

bron: USA Today

Onderwerpen