Op 25 juni 2016 nam biochemicus en emeritus hoogleraar Piet Borst op 82-jarige leeftijd afscheid als kritische wetenschapscolumnist van de NRC. Drieëntwintig jaar schreef hij maandelijks voor deze krant en in een van zijn laatste columns haalt hij nog eens lekker uit naar het eeuwige gekrakeel van wetenschappers over geld en prijzen. Dit naar aanleiding van de CRISPR-Cas-hype die momenteel heerst en, zoals dat gaat met hypes, geruchten genereert over mogelijke Nobelprijswinnaars.

Volgens Borst zullen zij die deze prijs verdienen hem niet krijgen. Zij, dat zijn de microbiologen, die het moeizame, basale onderzoek verrichtten en de kennis genereerden die nodig was om CRISPR-Cas-technologie tot dé wetenschappelijke doorbraak van 2015 te maken.

Borst noemt vooral de Wageningse microbioloog John van der Oost als een van de belangrijkste grondleggers. Reden om John, die ik goed ken, voor een lunch uit te nodigen en met vragen te bestoken. Als proceskundige heb ik onvoldoende biologische kennis om alles van deze spectaculaire nieuwe technologie te kunnen begrijpen. En dat wil ik wel, want het geeft munitie om het belangrijkste argument van de antigentechnologiebewegingen – ‘gentechnologen weten niet precies waar ze mee bezig zijn en wat de gevolgen zijn van genetische manipulatie’ – te kunnen tackelen. Het was een fijne en voor mij zeer leerzame lunch.

CRISPR-Cas-systemen zijn adaptieve afweersystemen van bacteriën en archaea tegen virussen die deze eencelligen als gastheer gebruiken, zo leerde ik. Als CRISPR­Cas-DNA tot expressie komt, maakt de cel een stukje antivirus-CRISPR-RNA dat een complex vormt met het Cas-nuclease en voilà: dit complex zoekt, vindt, bindt en knipt heel specifiek ongewenste binnendringers in stukken. Belangrijke principes van het CRISPR-mechanisme, zoals de specificiteit gericht aanpassen door de antivirusstukjes te herprogrammeren, zijn sinds 2008 opgehelderd door de groep van John van der Oost.

Maar Jennifer Doudna van UC Berkeley wordt genoemd als Nobelprijskandidaat (inmiddels voor 2017, red.) Waar heeft ze dit aan te danken? Welnu, zij heeft een variant van het CRISPR-systeem (Cas9) in detail gekarakteriseerd in 2012. Kort daarna werd duidelijk dat Cas9 het mogelijk maakt om heel gericht, goedkoop en gemakkelijk genen aan te zetten, uit te zetten en zelfs nieuwe genen in te brengen. En dat lukt niet alleen in prokaryoten, nee, het werkt ook in eukaryoten.

Doudna haalt er dus de prijzen voor op, waaronder de prestigieuze Heinekenprijs op 29 september. Edze Westra, voormalig promovendus van John van der Oost, kreeg de juniorversie. In ieder geval ook een stukje erkenning voor het baanbrekende CRISPR-werk van de Van der Oost-groep.

Hans Tramper is emeritus hoogleraar bioprocestechnologie in Wageningen.