Beta-amyloïde ontstaat als groepjes van vier peptides en kan pas plaques vormen wanneer die tetrameren uit elkaar beginnen te vallen. Er is een kans dat je alzheimer kunt voorkomen als je die tetrameren weet te stabiliseren, schrijven Zweedse onderzoekers in Nature Communications.

Gunnar Gouras en collega’s van de universiteit van Lund baseren die conclusie op hersenweefsel van Tg19959-muizen. Die zijn genetisch dusdanig gemodificeerd dat ze drie maanden na de geboorte amyloïdeplaques beginnen te vormen in hun hersenen; tot voor kort werd algemeen aangenomen dat je menselijke alzheimer moet bestrijden met medicijnen die deze plaquevorming afremmen.

In Zweden hebben ze nu de muizenhersenen al na twéé maanden doorgelicht met krachtige FTIR-infraroodspectroscopie, waarbij de straling uit een synchrotron kwam. Daarnaast bestudeerden ze de eiwitklontering met BN-PAGE gel-elektroforese. Bij beide meetmethodes kun je er redelijk op vertrouwen dat je eiwitten heel blijven, in de vorm waarin ze verkeerden toen die hersenen nog leefden.

In dat stadium van het muizenleven verwacht je nog geen plaques. Maar de meetsignalen doen vermoeden dat er ook niet veel losse amyloïdepeptides aanwezig zijn. Wel iets groters. Volgens de Zweden krijg je een vergelijkbaar signaal als je synthetisch bereide tetrameren analyseert. Er is geen hard bewijs dat die ook in de muizenhersenen aanwezig zijn, maar het zou heel goed kunnen.

Het zou ook niet helemaal onlogisch zijn. Er zijn meer hersenaandoeningen die door amyloïdeplaques worden veroorzaakt en van een daarvan, transthyretinegerelateerde amyloïdose, staat vast dat het begint met destabilisering van transthyretine-tetrameren (hierboven afgebeeld). Er is zelfs al een medicijn op de markt dat die tetrameren stabiliseert, en inderdaad de progressie van amyloïdose blijkt te vertragen.

De grote vraag is nu of je ook alzheimer op deze manier kunt vertragen. We zijn er inmiddels achter dat het weinig helpt om de plaques achteraf op te ruimen. Er is al gesuggereerd dat je er veel eerder bij moet zijn, en tetrameren stabiliseren zou zomaar een vorm van ‘er eerder bij zijn’ kunnen blijken.

Veel interessanter is intussen de vraag waardoor die tetrameren überhaupt worden gedestabiliseerd. En of dat misschien, net als die plaques, óók alleen maar een bijverschijnsel is van het werkelijke alzheimer-ziektebeeld.

bron: Lund University