Nature presenteert een organodirhodiumcomplex dat geheel zelfstandig één tertiaire C-H binding in een molecuul kan activeren, terwijl het de rest met rust laat. Het werkt nog stereoselectief ook, claimen Huw Davies en collega’s van Emory University.

Zulke C-H’s zijn van nature zo goed als inert. Nog niet zo lang geleden dachten organici dat je überhaupt niet moest proberen om ze te verbreken teneinde de H door iets anders te vervangen: wat je ook probeerde, er zat in je molecuul altijd wel ergens een andere binding die gevoeliger was voor je reagentia.

De laatste jaren worden steeds meer katalysatoren gevonden die het wél kunnen. Maar in een molecuul met meerdere C-H bindingen ‘pakken’ die over het algemeen het exemplaar dat iets minder inert is dan de rest, bijvoorbeeld door toedoen van een functionele groep die er vlak naast zit. Van die eigenschap kun je gebruik maken door zo’n groep van tevoren te monteren en hem achteraf weer te verwijderen, maar dat maakt een synthese meteen een stuk ingewikkelder.

Davies’ complex, opgebouwd uit vier volumineuze adamantylglycinetetraxarboxylaatgroepen rond twee rhodiumionen, maakt andere keuzes. Om te beginnen zoekt het specifiek naar tertiaire C-H’s, dus met een C die aan drie andere C’s vastzit. En binnen dat beperkte gezelschap zoekt hij niet de meest reactieve C-H uit, maar degene waar hij met zijn rhodium het gemakkelijkst bij kan.

In feite is het een imitatie van de manier waarop enzymen hun katalytische centrum verstoppen in een holte waar alleen het juiste doelwit in past.

Vorig jaar kwam Davies al met een vergelijkbaar dirhodiumcomplex dat alleen de meest toegankelijke secundaire C-H activeert. In de toekomst hoopt hij de gereedschapskist verder te vullen.

bron: Emory Health Sciences, C&EN, Nature