Met een nanodeeltje als haakje en een toepasselijk substraat als aas kun je specifieke enzymen uit een biologisch soepje isoleren zonder dat ze daarbij hun functionaliteit verliezen. Met die techniek haalden Stephen Foulger en collega’s (Clemson University, VS) zojuist de voorpagina van het tijdschrift Small.

Het idee is dan uiteraard dat de enzymen de nanodeeltjes vanzelf weer loslaten wanneer ze met het substraat klaar zijn, maar dat je die deeltjes in de tussentijd allang uit de soep hebt gefilterd.

De onderzoekers denken de techniek op twee manieren te kunnen gebruiken. Voor de hand ligt het isoleren en concentreren van een bekend enzym. Maar je kunt er ook mee speuren naar nog onbekende enzymen in je soep, die ook met het gekozen substraat reageren.

Ze dromen er zelfs van om zulke nanobolletjes te gebruiken als kankertherapie. Je zou dan de groei van een tumor moeten verstoren door bepaalde eiwitten weg te vangen die daar een essentiële rol bij spelen.

Ze hebben het uitgeprobeerd met carbazol 1,9a-dioxygenase, afgekort CARDO. Dat enzym vingen ze door een carbazolylverbinding te voorzien van een azidegroep, die ze via klikchemie konden koppelen aan een nanobolletje van polypropargylacrylaat.

Met MALDI-TOF massaspectrometrie en gelelektroforese konden ze vaststellen dat ze inderdaad het nodige hadden gevangen. Genoeg voor commerciële toepassingen, denkt Foulger.

bron: Clemson University

Onderwerpen