Aan verpakte gefosforyleerde eiwitten in bloed kun je wellicht in een zeer vroeg stadium aflezen of iemand kanker heeft. En misschien zelfs wáár, blijkt uit een PNAS-publicatie.

Tot nu toe golden die gefosforyleerde eiwitten niet als bruikbare biomarkers. Fosforylering, dus de toevoeging van fosfaatgroepen aan bepaalde aminozuurbouwstenen, speelt een rol bij het ontstaan van tumoren. Maar de lever pompt voortdurend fosfatase-enzymen in het bloed die eiwitten net zo hard weer defosforyleren, dus het zegt weinig als je niets gefosforyleerds vindt.

Purdue-onderzoeker Andy Tao heeft nu bedacht dat je niet moet kijken naar eiwitten die vrij in het bloed zweven, maar naar exemplaren die verpakt zitten in exosomen en kleinere microvesikels. Dat zijn blaasjes waarin cellen afvalproducten verpakken. Als huidje zit er celmembraanmateriaal omheen, dat fosfatases en andere enzymen effectief buiten houdt.

Die blaasjes netjes afscheiden uit een bloedmonster is niet triviaal, maar Tao heeft een protocol ontworpen waarbij een reeks centrifuges met steeds verder oplopende toerentallen het voor elkaar krijgt. Heb je de blaasjes een maal los in handen, dan kun je met een massaspectrometer bepalen of de aanwezige eiwitten de extra massa van fosfaatgroepen met zich mee torsen.

Tao heeft op die manier bloedmonsters van detig borstkankerpatiënten vergeleken met die van zes gezonde vrouwen. Ondanks dat de monsters vijf jaar oud waren, leverden ze bijna 2.400 gefosforyleerde eiwitten op waarvan er 144 significant ruimer waren vertegenwoordigd bij de kankerpatiënten.

Of het ook opgaat voor andere vormen van kanker, is nog niet onderzocht. Maar gezien de huidige inzichten in fosforylering zit het er dik in. Spannender is de vraag of je altijd dezelfde gefosforyleerde eiwitten vindt, of dat het assortiment verschilt per type kanker en je dus aan de analyseresultaten kunt zien waar je de tumor moet gaan zoeken.

Tao is daar in zoverre klaar voor dat al hij een spin-off heeft opgericht, Tymora Analytical, die simpele testjes ontwerpt om specifieke gefosforyleerde eiwitten routinematig aan te tonen zonder dat je een massaspectrometer nodig hebt.

bron: Purdue