Voor het eerst begint de wetenschap het menselijk epigenoom een beetje in kaart te krijgen. Zes Nature-tijdschriften hebben gelijktijdig maar liefst 24 publicaties over het onderwerp online gezet, die onder meer nieuw licht werpen op het ontstaan van kanker en alzheimer.

Het wordt toegejuicht als de grootste vooruitgang sinds de eerste publicatie van een volledig menselijk genoom, inmiddels elf jaar geleden.

Dat ‘epigenoom’ is de verzameling van alle factoren die op of bij het DNA zitten, en die bepalen welke genen waar wel of niet worden afgelezen en hoe vaak. Je kunt dan denken aan methylering van bepaalde basen, maar bijvoorbeeld ook aan variaties in de histon-eiwitten waar het DNA omheen zit gerold. Het maakt het mogelijk dat verschillende weefseltypes elk hun eigen cocktail van eiwitten produceren, ondanks het feit dat ze allemaal precies hetzelfde DNA bevatten.

Dat epigenoom is nu bepaald voor 111 verschillende menselijke weefseltypes, plus een paar hergeprogrammeerde stamcellen.

Andere publicaties in het pakket gaan onder meer in op veranderingen in het epigenoom die gepaard gaan met bepaalde aandoeningen. Zo komt er uit dat bij alzheimer iets gebeurt met het immuunsysteem. ‘Voor mij komt dat als een complete verrassing’, stelt de Nijmeegse moleculair bioloog Henk Stunnenberg in de Volkskrant.

Ook blijken beschadigingen aan het DNA tussen de genen in, dat vermoedelijk een regelfunctie heeft, veel belangrijker zijn voor het ontstaan van kanker dan men tot nu toe dacht.

De publicaties komen voort uit het Roadmap Epigenomics Project, een internationale samenwerking onder regie van de National Institutes of Health. Ze zijn toegankelijk via een speciale website, zwaar gesponsord door DNA-sequencerfabrikant Illumina, die vooral duidelijk moet maken wat precies waarover gaat. Want een beetje los zand is het allemaal nog wel.

bron: Nature, de Volkskrant