Tweede studie steunt bevindingen uit eerste

De link tussen bisfenol A in de urine en de kans op hart- en vaatziekten lijkt toch geen toevalstreffer te zijn. Analyse van een tweede dataset bevestigt de resultaten uit een eerder onderzoek, zo melden Britse onderzoekers in PLoS ONE.

Het betreft dezelfde groep die in 2008 voor het eerst claimde dat er een verband tussen bisfenol A, hartklachten en diabetes zou bestaan. Die conclusies werden toen stevig aangevochten, vooral door de kunststoffenindustrie. Bisfenol A is het monomeer van polycarbonaat, een kunststof waar onder meer flessen en coatings voor blikjes van worden gemaakt.

Voor dat eerste onderzoek werden gegevens gebruikt van gezondheisonderzoek uit de jaren 2003-2004. Dit keer betreft het cijfers over 1.493 volwassenen uit de US National Health and Nutrition Examination Survey 2005-2006.

De associatie van bisfenol A met diabetes of leverschade is dit keer niet statistisch significant, maar die met hart- en vaatziekten is dat duidelijk wél. Op basis van deze data heeft een 60-jarige met de laagst aangetroffen bisfenol A-concentratie in zijn urine een kans van 7,2 procent op hartklachten. Bij iemand met driemaal zo veel bisfenol A is dat 10,2 procent.

“It shows that our first paper wasn’t a statistical blip”, juicht eerste auteur David Melzer.

Om iedereen te overtuigen zal ongetwijfeld nog veel meer onderzoek bij veel grotere bevolkingsgroepen nodig zijn. Bovendien is het nog steeds een raadsel wát bisfenol A precies met het menselijk lichaam doet, al zijn er aanwijzingen dat het iets met hormonen te maken heeft.

bron: naturenews

Onderwerpen