Resistente bacteriën eisen steeds meer levens. En hoewel veel wetenschappers zoeken naar alternatieven, zijn er twijfels of die op tijd op de markt zullen komen.

In 2015 kondigden onderzoekers teixobactin aan als hét nieuwe anti­bioticum. Maar inmiddels ligt dit molecuul al een tijdje op de plank en schieten de klinische tests niet op. Dit is het lot van veel nieuwe antibiotica. Vinden onderzoekers nog wel op tijd een oplossing voor antibioticaresistentie?

‘Eigenlijk zijn we al te laat’, stelt Johan van Eldere, hoogleraar aan het Universitair Ziekenhuis Leuven. ‘Steeds meer bacteriën worden resistent, waardoor meer mensen sterven aan infecties.’ Universitair docent moleculaire microbiologie Stan Brouns van de Technische Universiteit Delft deelt zijn zorgen. ‘Alternatieven voor antibiotica liggen niet voor het oprapen. Om grote problemen te voorkomen, moeten we flink investeren in onderzoek.’

Hergebruik

Waar moet het onderzoek naar alternatieven zich op richten? Veel onderzoekers kijken naar nieuwe klassen van moleculen, maar die zoektocht gaat langzaam. Bovendien investeren grote bedrijven niet, omdat de winstmarge nihil is. Daarom pakt Oscar Kuipers, hoogleraar moleculaire genetica aan de Rijksuniversiteit Groningen, het anders aan. Hij probeert oude antibiotica nieuw leven in te blazen. ‘Wij passen antibiotica aan die zich oorspronkelijk op grampositieve bacteriën richtten, zodat ze gaan werken tegen gramnegatieve bacteriën.’

 

‘Alternatieve aanpakken kunnen zomaar een doorbraak forceren’

Om dit te doen, moet het antibioticum het extra membraan van de gramnegatieve bacteriën weten te penetreren. Kuipers vond een peptide dat dit klusje klaart. ‘Ons peptide breekt door het buitenmembraan, dan glipt het antibioticum naar binnen en maakt het binnenmembraan kapot.’ Die aanpak maakt klinische tests makkelijker, omdat het antibioticum al is goedgekeurd.

Toch zijn er meer alternatieven nodig, want niet alle antibiotica kun je zo omzetten. Brouns onderzoekt daarom bacteriofagen. ‘In Georgië gebruiken ze die nu al op mensen met infecties op de huid, in de longen en in de blaas. Maar sommige toepassingen in het lichaam blijken nog lastig, omdat het lichaam de virussen aanvalt.’ Zo kun je bacteriofagen zelden in de bloedbaan gebruiken. Toch verwacht Brouns er veel van. ‘We doen nu klinische tests om te zien wat fagen kunnen, en waar we ze kunnen verbeteren. Ik heb er veel vertrouwen in dat ze een bijdrage gaan leveren.’

Alternatieve aanpakken kunnen zomaar een doorbraak forceren, denkt ook Van Eldere. Hij vond met zijn collega’s Frederic Rous­seau en Joost Schymkowitz een manier om bacteriële eiwitten samen te laten klonteren. ‘Een peptide bindt aan een aggregation-prone region van bacteriële eiwitten en zorgt voor een cascade aan aggregaties die de bacterie uitschakelt.’

In de spin-off Aelin Therapeutics werken de onderzoekers het idee verder uit (zie ook het bericht ’Klontjes vellen bacterie’ in deze editie). ‘We gaan kijken of we de peptides veilig in het lichaam kunnen gebruiken’, zegt Van Eldere. ‘Maar je kunt met die techniek in ieder geval verschillende targets in een bacterie aanpakken, dus dat maakt de opbouw van resistentie lastig.’

Veel technieken

De onderzoekers zijn het erover eens dat ze zo veel mogelijk verschillende technieken moeten ontwikkelen. ‘Bacteriofagen, nieuwe moleculen, therapeutische anti­lichamen, peptides, alle onderzoeken kunnen bijdragen’, zegt Kuipers. Brouns denkt daarnaast dat een cultuurverandering zou helpen. ‘Nieuwe alternatieven houden het langer vol als mensen anti­biotica minder misbruiken.’ Van Eldere denkt dat we ook verder moeten kijken. ‘Het duurt even voor nieuwe antibiotica beschikbaar zijn, misschien kunnen we infecties ondertussen bestrijden op andere manieren, bijvoorbeeld met immuuntherapie.’