Op boevenjacht met een drugssensor

20181206_155334

Een draagbare nabij-infraroodsensor kan agenten helpen bij het identificeren van drugs op de plaats delict.

Als een agent op een plaats delict een verdachte stof vindt, moet hij of zij een monster nemen, dit netjes inpakken, labelen en naar het lab sturen. In het lab moeten verschillende tests vervolgens uitwijzen om welke stof het gaat: drugs, of toch gewoon bakpoeder? Een tijdrovend proces, dat best gemakkelijker moet kunnen – althans, volgens labcoördinator Ruben Kranenburg van de Amsterdamse politie. Naast zijn politiewerk doet hij promotieonderzoek in de groep van Arian van Asten, hoogleraar forensische analytische chemie aan de Universiteit van Amsterdam. Daar onderzoekt hij nieuwe draagbare methodes waarmee je poeders kunt identificeren op de plaats delict.

Er zijn de laatste jaren steeds meer draagbare analysetechnieken ontwikkeld, vertelt Kranenburg: ‘De meeste zijn gebaseerd op spectroscopische technieken, zoals Raman of nabij-infrarood (NIR). Vooral NIR is bij uitstek geschikt voor gebruik in kleine, draagbare sensoren.’ Deze sensoren zouden agenten kunnen helpen ter plekke al een eerste screening te doen van verdachte stoffen, zodat ze alleen de relevante poeders naar het lab hoeven te sturen. Kranenburg: ‘Wij onderzoeken verschillende technieken om te kijken welke we voor deze toepassing zouden kunnen gebruiken.’

 

0098-Mockup-KNCV_Betaalhekje_412x374

Verder lezen?
Maak eenvoudig een gratis profiel aan.

  • krijg toegang tot ons online archief met meer dan 10.000 artikelen over chemie, life sciences en procestechnologie;
  • kijk webinars live mee of later terug, lees exclusieve online-only content en plaats reacties op artikelen;
  • ontvang elke week onze nieuwsbrief C2Weekly in je mailbox met nieuws en ontwikkelingen zodat je altijd up-to-date bent.

Als lid van de KNCVKVCVNBV, of NVBMB  heeft u onbeperkt toegang tot deze site, u kunt hier inloggen.

0098-Mockup-KNCV_Betaalhekje_Logo-balk