Met microgolven kun je nanodeeltjes activeren in tumoren die voor lichtgolven onbereikbaar zijn. Bij ratten werkt het al, schrijven onderzoekers uit Texas in het Journal of Biomedical Nanotechnology.
Voor hun ‘fotodynamische therapie’ gebruiken ze een complex van koper(1)ionen en cysteamine (2-aminoethaanthiol), waar ze eerder al octrooi op namen. Ze maken er nanodeeltjes van die ze vervolgens inspuiten in de tumor.
Onder invloed van microgolven gebeuren er twee dingen met die nanodeeltjes. Ten eerse worden ze heet, ten tweede komen er koperionen uit vrij. Die reageren vervolgens tot Cu2+ met water uit de omgeving. Uit dat water wordt daarbij onder meer reactieve singletzuurstof gevormd, die de omringende tumorcellen doodt door hun mitochondriën te slopen.
Een bijverschijnsel is dat het kopercysteaminecomplex onder invloed van straling voldoende licht geeft om te kunnen dienen als contrastmiddel.
Anders dan zichbaar, infrarood of nabij-ultravioletlicht, waarmee je eigenlijk alleen huidkanker kunt behndelen, dringen microgolven wél door tot diep onder de huid. Van zichelf richten ze daarbij nauwelijks schade aan op plekken waar geen nanodeeltjes zitten..Eerder probeerden de onderzoekers het met röntgenstraling, die ook diep in het weefsel doordringt en een vergelijkbaar effect heeft op de nanodeeltjes. Maar röntgenstraling is van zichzelf wél een risico voor de patiënt.
De onderzoekers hebben het geprobeerd met botkankercellen (osteosarcoom), zowel in een petrischaaltje als in een rat. Er gingen inderdaad veel cellen dood. Of er al proeven op mensen gepland staan, is niet bekend.
bron: University of Texas at Arlington
Nog geen opmerkingen