Japanse onderzoekers willen diarree bestrijden met genetisch gemodificeerde rijst vol antilichamen. Bij labmuizen werkt het alvast, blijkt uit een publicatie in het Journal of Clinical Investigation.

Het gaat dan specifiek om het soort diarree die wordt veroorzaakt door een rotavirus-infectie. Met name bij kinderen in ontwikkelingslanden lopen zulke infecties vaak verkeerd af, maar ook voor volwassenen met een verzwakt immuunsysteem kunnen ze dodelijk zijn.

Aan de rijstplanten wordt de genetische code toegevoegd voor een gedeelte van een specifiek antilichaam, genaamd ARP1, uit het immuunsysteem van een lama. Zulke lama-antilichamen worden wel vaker gebruikt omdat ze veel kleiner zijn dan die van andere dieren, en bovendien relatief robuust.

Andere genetische wijzigingen zorgen ervoor dat de toegevoegde code maximaal tot expressie komt in de rijstzaden. Tegelijk wordt met RNA-interferentie de aanmaak van reservevoedsel-eiwitten actief onderdrukt.

Het rsultaat: rijstkorrels met zeer weinig voedingswaarde, maar wel barstensvol antilichamen. Het idee is om deze ‘MucoRice ARP1’ fijn te malen, het poeder op te lossen in water en die vloeistof oraal toe te dienen. Groot voordeel van de poedervorm is daarbij dat het, net als gewone rijst, heel lang goed blijft buiten de koelkast.

Bij muizen blijk je er inderdaad rotavirusinfecties mee te kunnen bestrijden.

Op mensen is het rijstpoeder nog niet uitgeprobeerd. Wel is in Bangladesh een proef gedaan met de losse antilichamen, die voor de gelegenheid waren gekweekt in gemodificeerde gistcellen. Dat werkte prima, en de onderzoekers gaan er van uit dat het met hun rijst dus ook wel goed komt.

bron: SciDev.net

Onderwerpen