Gluten-intolerantie heeft alles te maken met een foutje in het junk-DNA. Mutaties in de genen zorgen alleen dat je er vatbaar voor bent, denken Baskische onderzoekers.

Het zou verklaren waarom slechts één procent van de mensheid daadwerkelijk niet tegen gluten kan terwijl naar schatting 40% rondloopt met de genetische varianten die er voor verantwoordelijk worden gehouden.

In Science onthulden Ainara Castellanos-Rubio en collega’s onlangs de mogelijke rol van lnc13, een lang niet-coderend RNA dat de activiteit in toom houdt van genen die te maken hebben met de immuunrespons. Zulke lncRNA’s worden afgelezen van delen van het DNA die niet voor eiwitten coderen, maar die tegenwoordig wel als ‘genen’ worden omschreven.

En Castellanos-Rubio heeft nu ontdekt dat bij coeliakiepatiënten de productie van lnc13 heel laag is, en dat dat lnc13 bovendien minder stevig bindt aan de eiwitten waaraan het hoort te binden om zijn regelfunctie waar te maken.

De foto toont een selectief ingekleurde coupe van ‘gezond’ weefsel; lnc13 licht hier op als paarse puntjes, die je bij coeliakiepatiënten niet ziet.

De fout zit in een deel van het genoom dat al eerder met coeliakie in verband is gebracht, vandaar dat Castellanos-Rubio hem wist te vinden. De volgende vraag is uiteraard of je er iets aan kunt doen.

bron: University of the Basque Country