De ontwikkelingen binnen de precisiefermentatie gaan hard en de technologieën uit GEA’s New Food-afdeling spelen daarin een sterke rol. ‘Je kunt eiwitten in een koe produceren, maar ook in een fermentor opkweken.’ 

Sinds 1880 is GEA al bezig met fermentatie o.a. in de vorm van bier brouwen. Maar het bedrijf heeft een flinke uitbreidingsslag gemaakt sinds begin dit decennium en heeft een nieuwe tak opgezet: GEA New Food. ‘In de bredere farmaceutische industrie zagen we een trend ontstaan om precisiefermentatie in te zetten voor alternatieven voor de bioindustrie’, zegt Gerben Kiers, Sales Manager bij GEA. ‘Vier à vijf jaar geleden heeft GEA toen een speciaal team toegewijd aan het opzetten van New Food, en sindsdien hebben we al meerdere successen meegemaakt, we zien de industrie langzaam tot volwassenheid komen.’ 

De timing is niet toevallig. ‘Als bedrijf speelden we in op de razendsnelle ontwikkeling van de coronavaccins met onze single-use separators, waardoor je producten veel sneller de markt op kunt brengen’, zegt Edwin Telgenkamp, Account Manager Separation bij GEA. ‘De epidemie heeft de verdere ontwikkeling van onze single-use separators wel aangezwengeld.’  

Samenwerkingen 

De New Food-tak van GEA richt zich op de alternatieve productie van levensmiddelen als eiwitvervangers en celkweek via precisiefermentatie. ‘Je kunt eiwitten in een koe produceren, maar ook in een fermentor opkweken’, legt Kiers uit. Het gaat dan om bijvoorbeeld ei- of wei-eiwitten voor toepassingen in sportvoeding. ‘Dat elimineert een hoop pijnpunten: geen koeien, geen stikstofuitstoot, kleinere impact op klimaat, enzovoort.’ 

Wat dat betreft zijn er vrij veel ontwikkelingen gaande in Nederland. Denk aan de bij lezers van C2W | Mens & Molecule wel bekende bedrijven Vivici, The Protein Brewery (zie p.24), Mosa Meat en Meatable. GEA heeft een aantal succesvolle samenwerkingen op dit gebied. Verder is er een samenwerking op komst met Believer Meats, die in 2021 een relatief goedkope kipfilet cultiveerden. En een andere interessante ontwikkeling: eind november heeft de Nederlandse politiek besloten dat je zelfgekweekte voedingsmiddelen nu mag gaan proeven. ‘Dat is gerust een doorbraak te noemen.’ 

Opschalen 

GEA ondersteunt deze bedrijven met twee eigen testcentra, één in Duitsland en één in de VS die van de zomer is geopend. Kiers: ‘Veel start-ups beginnen in het laboratorium met een bioreactor van één tot twee liter. Bij ons krijgen ze de mogelijkheid om het opschalen te testen op vijftig of zelfs vijfhonderd liter, waarna we tegelijkertijd het downstream-proces kunnen doorlopen.’ Dat kan mede door de recent ontwikkelde single use separator kytero 10® . ‘Het is ’s werelds kleinste single-use separator die je voor het zuiveren bij continufermentatie kunt gebruiken’, legt Telgenkamp uit. ‘Dat komt deels ook door de perfusion-technologie. Daarbij breng je steeds een deel van de cellen terug met nieuwe voeding en blijft de bioreactor dus continu draaien.’ 

‘De epidemie heeft de verdere ontwikkeling van onze single-use separators wel aangezwengeld’

Edwin Telgenkamp, GEA

Een uitdaging bij precisiefermentatie is het opschalen van vleescelkweek. ‘Die cellen zijn wat zachter en moet je met wat meer beleid behandelen’, zegt Kiers. ‘Dus ondanks dat je dezelfde technologie met wat aanpassingen kunt inzetten, gebruik je wat minder “geweld” dan bij het scheiden van micro-organismes, bijvoorbeeld.’ 

Waar de testfaciliteit in Duitsland tot vijfhonderd liter gaat, staat de toekomstige Biological Fermentation Factory (BFF) klaar om tot tienduizend liter op te schalen. ‘Het is een open access-faciliteit’, vertelt Kiers. ‘Zij helpen bedrijven om hun technologie op te schalen en te verifiëren. We zijn daarnaast bezig om met hen een installatie te verhandelen en dat ziet er zeer positief uit.’  

Compleet 

Wat onderscheidt GEA van andere bedrijven als het op precisiefermentatie aankomt? ‘Wij zijn denk ik het enige bedrijf dat de complete precisiefermentatielijn kan leveren uit eigen merk en hebben ruimschoots ervaring met deze tak van sport’, zegt Kiers. ‘Onze perfusietechnologie is een mooi voorbeeld van onze laatste ontwikkelingen, maar daarnaast zoeken we continu naar verbeteringen in de bestaande industrie.’  

‘Bij ons krijgen kunnen ze opschalen testen op vijftig of zelfs vijfhonderd liter’

Gerben Kiers, GEA

Een mooie bijkomstigheid is GEA’s internationale tegenwoordigheid, vult Telgenkamp aan. ‘Omdat we wereldwijd locaties hebben, kunnen we overal support leveren. Dat geeft ons ook de nodige inzichten uit Azië en Amerika waar de wetgeving al veel verder is in vergelijking met Europa.’ Vandaar de tweede testlocatie in Amerika.  

Als Kiers naar het huidige precisiefermentatiespeelveld kijkt, ziet hij een hoop Nederlandse bedrijven die volwassen zijn geworden. ‘The Protein Brewery, Vivici, Revyve, allemaal zijn ze door de Valley of Death gekomen. Maar er zijn ook nog genoeg bedrijven die daar nog voor staan. Bij GEA hopen we een steentje – of misschien eerder een fermentor – bij te dragen aan de algemene ontwikkelingen binnen de eiwittransitie.’  

GEA-ATC-Opening_DSC1617

Beeld: GEA New Food Application and Technology Center of Excellence (ATC)