MIT-chemici hebben octrooi aangevraagd op een draagbare detector die ruikt wanneer vlees of vis begint te bederven. Kwestie van amines meten, melden Timothy Swager en collega’s in Angewandte Chemie.

Net als eerdere sensoren uit Swagers lab is de detector gebaseerd op chemisch gemodificeerde enkelwandige koolstofnanobuisjes. De modificatie is zo gekozen dat de elektrische weerstand van de buisjes verandert als ze in contact komen met het type gas dat je wilt detecteren. In dit geval is gekozen voor niet-covalent gebonden kobalt-arylporfyrinecomplexen. Die binden willekeurige amines, en als dat gebeurt gaat de geleidbaarheid omlaag. Dat is heel eenvoudig te meten door hem op te nemen in een stroomkring, in combinatie met een ampèremeter.

Volgens de publicatie is de sensor goed bestand tegen lucht en vocht, blijft hij lange tijd stabiel en reageert hij echt alleen op amines, met een gevoeligheid in het sub-ppm-bereik. Dat maakt hem geschikt om vlees en vis te testen: zodra daar amines uit beginnen te komen zijn ze over de datum. Putrescine (butaan-1,4-diamine) en cadaverine (pentaan-1,5-diamine) zijn twee bekende voorbeelden, maar in feite is élk amine een signaal dat er eiwitten worden aangevreten.

De onderzoekers hebben het uitgetest met varkensvlees, kip, kabeljauw en zalm. Bewaard in de koelkast duurde het in alle gevallen vier dagen voordat de sensor iets mat, op het aanrecht zat er meer spreiding in.

Er bestaan wel meer aminedetectoren , maar die zijn allemaal veel groter, ingewikkelder en duurder. De nanobuisjesdetector verbruikt bovendien zo weinig energie dat hij kan functioneren op een batterijtje. Je kunt hem bijvoorbeeld ergens in de koelcel hangen en hem opnemen in een draadloos netwerk dat Swager en collega’s al eerder hebben ontwikkeld, met een smartphone als gebruikersinterface.

bron: MIT