Schaliegas komt niet in het drinkwater terecht door het ‘fracken’ zelf, maar door slordige afwerking van sommige boorputten. Het probleem is dus te verhelpen, concluderen Amerikaanse onderzoekers na nauwkeurige analyse van de samenstelling van het gelekte gas.

Tot nu toe gold de mogelijke vervuiling van het drinkwater (of eigenlijk het grondwater) met methaan als een van de belangrijkste bezwaren tegen schaliegaswinning. Vast staat dat hier en daar inderdaad verhoogde koolwaterstofconcentraties in het water zijn aangetroffen. Al wordt getwijfeld aan het oorzakelijke verband tussen fracken en enkele spectaculaire gevallen waarbij je dat water letterlijk kon aansteken.

Bij het huidige onderzoek is vooral gekeken naar de edelgassen neon, argon en krypton in dat grondwater. Anders dan het methaan worden die niet onderweg afgebroken door micro-organismen, en kunnen ze ook niet door ándere micro-organismen zijn aangemaakt.

Het zojuist in PNAS gepubliceerde onderzoeksverslag is nauwelijks te volgen voor iemand die niet zelf tot over zijn oren in de materie zit. Maar de redenering lijkt er op neer te komen dat niet alle gassen even gemakkelijk vanuit een schalielaag dwars door een aantal andere bodemlagen naar de oppervlakte kunnen komen. En dat dat ándere concentratieverhoudingen in het grondwater oplevert dan wanneer het schaliegas via een defecte boorput lekt, of wanneer aardgas uit een hogere bodemlaag ín de mantel van die put terecht komt.

En de gemeten concentratieverhoudingen suggereren dus dat bij alle acht onderzochte putten dat laatste het geval was. De onderzoekers claimen zelfs te kunnen zien of het gas via een gebrekkig gestorte cementbekleding naar boven komt, of dat het lek in de metalen ‘production casing’ zit.

Het goede nieuws is dus dat je je grondwater dus kunt beschermen door die putten wat zorgvuldiger te bouwen dan tot nu toe kennelijk gebeurde.

bron: BBC News