Koeienenzym in maïsplant breekt cellulose af

Neem een enzym uit een koeienmaag, stop ‘m in een maïsplant, en je hebt een ideaal recept voor een succesvolle biobrandstofproducent. Dat meldden onderzoekers van de Universiteit of Michigan gisteren op de jaarlijke ACS conferentie.

Het enzym, een bèta-glucosidase, breekt samen met twee andere enzymen het polysaccharide cellulose uit de celwand van planten af tot enkele suikers. Deze suikers zijn vervolgens weer grondstof voor bio-ethanol. De andere enzymen zijn een endocellulase uit de warmtebronbacterie Acidothermus cellulolyticus en een exocellulase uit de schimmel Trichoderma reesei.

Maïs wordt nu al grootschalig ingezet om bio-ethanol te maken, maar alleen de kolven zijn hiervoor geschikt. Dankzij het nieuwe enzymtrio kun je de hele plant gebruiken.

Het geheim zit ‘m in de plek waar de enzymen tot expressie komen: de vacuole, een aparte zak vocht binnen de cel in de bladeren en stengels van de planten. Hier blijft het enzym rustig zitten totdat de plant wordt geoogst, daarna komt het in actie.

Onderzoekers aan de TU Delft probeerden al eerder cellulose af te breken in planten, maar dan met een enzym uit een olifantenpoepschimmel. Nedalco bouwt een fabriek in Sas van Gent die op deze manier bio-ethanol gaat produceren.

Bron: ACS

Onderwerpen