In Seattle is een gistcellenhoudende hydrogel gepresenteerd waar je een soort kolompakkingmateriaal voor bioreactoren van kunt maken. Veel handiger dan dat je die cellen los door je fermentor laat zweven, stellen Alshakim Nelson en collega’s van de University of Washington in ACS Applied Materials & Interfaces.

De hydrogel is een synthetisch polymeer, opgebouwd uit dimethacrylaat en een oppervlakte-actieve stof die bekend staat als poloxamer 407. De gistcellen kun je er bij lage temperatuur doorheen mengen. Het mengsel geleert als het boven de 23 °C komt, maar blijft soepel genoeg om door de spuitkop van een 3D-printer te persen.

Uit dit materiaal print je 15 mm grote, kubusvormige roostertjes, die de gistcellen een riant oppervlak verschaffen om in contact te komen met hun voedingsmedium. Met behulp van uv-licht laat je ze uitharden; kennelijk kunnen de gistcellen daar voldoende tegen. Daarna vul je er je fermentor mee.

Ingebed in het polymeer kunnen de gistcellen niet meer groeien, maar verder blijven ze gewoon functioneren. Ze zetten dus ook nog steeds glucose om in ethanol. En het voordeel is dat je die kunt aftappen en de voeding kunt verversen zonder dat je bang hoeft te zijn dat de gistcellen mee komen.

Of het ook qua efficiëntie vergelijkbaar is met losse gistcellen, is Nelson nog aan het uitzoeken. Maarhij weet nu al dat zijn kubusjes minstens twee weken actief blijven, en hij vermoedt dat ze ook wel een paar maanden zullen meegaan.

bron: C&EN