Aan de vetten in muizenkeutels kun je zien of de diertjes darmpoliepen hebben. Als het ook voor mensen blijkt te gelden is het een uitstekende vervanging voor de huidige darmkankerscreening, suggereren onderzoekers van Washington University en Johns Hopkins Medical School in het Journal of Proteome Research.
Die poliepen (op de foto een hele grote) zijn soms een voorstadium van darmkanker. Het huidige bevolkingsonderzoek, dat alleen kijkt naar bloed in de ontlasting, geeft hooguit een indicatie dat ze aanwezig kúnnen zijn. Om het zeker te weten is altijd een coloscopie nodig, wat nogal belastend is voor de patiënt. Er is dus zeker een markt voor een ontlastingstest die wat minder vals-positieve uitslagen geeft.
Bekend was al dat menselijke darmkankercellen een afwijkend metabolisme vertonen, en Herbert Hill, Linda Resar en collega’s hebben nu voor het eerst uitgetest of je dat ook aan de chemische samenstelling van de ontlasting kunt zien. Daartoe analyseerden ze de poep met UPLC-vloeistofchromatografie gevolgd door travelling wave ion mobility-massaspectrometrie (TWIMMS).
Bij muizenkeutels lukt het inderdaad. Het verschil tussen gewone muizen en transgene muizen met opgevoerde aanleg voor poliepen blijkt vooral in metabolieten van vetzuren en galzuren te zitten. Met name lysofosfolipiden springen er uit.
Poep van menselijke darmkankerpatiënten was kennelijk niet beschikbaar maar de onderzoekers hebben wel wat weefselmonsters kunnen vergelijken. Die lieten vergelijkbare afwijkingen van het vetmetabolisme zien. Op zijn minst geeft dat goede hoop dat deze analysetechniek inderdaad ook
De auteurs concluderen dat er nog heel veel moet gebeuren om er een diagnostische test van te maken, maar dat het zeker de moeite waard is om er aan te blijven werken.
bron: Washington State University
Nog geen opmerkingen