Wetenschappelijke tijdschriften zijn steeds meer geneigd hun impact factor kunstmatig op te voeren door te citeren uit eigen werk. Maar je kunt ze gemakkelijk betrappen, stellen de Delftse onderzoeker Caspar Chorus en zijn Leidse collega Ludo Waltman in PLOS One.
Een bekende truc is bijvoorbeeld om redactionele commentaren vol te stoppen met verwijzingen naar artikelen in het eigen blad. Ook laten redacties soms doorschemeren dat de kans op publicatie stijgt wanneer auteurs zulke verwijzingen opnemen in hun manuscript; er zijn er zelfs die het hardop durven zeggen. Er zouden zelfs ‘citatiekartels’ bestaan waarbinnen bladen elkáár citeren en zo elkaars impact factor opvoeren.
Je mag verwachten dat dergelijke methodes populairder worden naarmate er meer waarde wordt gehecht aan impact factors, wat vooral de laatste jaren de trend is.
Chorus en Waltman presenteren nu een simpele ‘fraude-indicator’: de IFBSCP, wat staat voor Impact Factor Biased Self-citation Practices. Voor de bepaling van een impact factor tellen alleen de citaties mee van artikelen die de laatste twee jaar zijn verschenen. IFBSCP komt er op neer dat je de ‘zelfcitaties’ van die laatste twee jaar deelt door de zelfcitaties van de drie jaren daarvoor, die dus niet meetellen voor de impact factor.
Is de uitkomst veel groter dan één, dan is dat verdacht.
Er hoeft niets aan de hand te zijn. Het kan zomaar zijn dat een blad, dat publiceert over een bepaald specialisme, steeds meer auteurs uit hetzelfde vakgebied aantrekt. Dat die elkaar citeren is logisch.
Maar dat kan nooit de enige verklaring zijn. De auteurs hebben hun IFBSCP losgelaten op alle citatiecijfers van alle vakgebieden sinds 1987. Dan zie je dat tot 2002 de gevonden waarden ongeveer constant waren: gemiddeld had 11 % een IFBSCP van meer dan 2; 2 % zat boven de 3. Daarna is het ineens opgelopen: in 2015 was het respectievelijk 18,9 en 5,6 %.
Voor de zekerheid hebben ze apart gekeken naar tijdschriften waarvan bekend is dat ze auteurs pressen om lucratief te citeren. Inderdaad scoorden die bovengemiddeld hoge IFBSCP’s.
In de life sciences lijkt het probleem nog een graadje erger te zijn dan gemiddeld. Een meer gedetailleerde opsplitsing naar vakgebied is helaas niet gemaakt.
De auteurs raden aan om meer onderzoek te doen naar tijdschriften met verdacht hoge IFBSCP’s, teneinde voldoende bewijs te verzamelen om ze aan de schandpaal te nagelen.
bron: TU Delft
Nog geen opmerkingen