LHC-deeltjesversneller fysiek in staat om hypothese lek te schieten

Experimenten met de Large Hadron Collider (LHC) kunnen het harde bewijs leveren dat de snaartheorie niet klopt. Dat laten Amerikaanse snaartheoretici binnenkort zien in Physical Review Letters.

De snaartheorie is een poging om één overkoepelende theorie op te stellen die alle bekende natuurkrachten beschrijft. Dat hij klopt, is waarschijnlijk niet te bewijzen. Dat hij niet klopt, voorlopig ook niet.

De groep van Jacques Distler (University of Texas, Austin) wil nu metingen doen aan de interactie tussen zogeheten W-bosonen, die de zwakke kernkracht overbrengen. Volgens de snaartheorie hangt die interactie onder meer af van de zogeheten Lorentz-invariantie, die inhoudt dat de snelheid van een lichtstraal hetzelfde is voor alle waarnemers.

Blijkt de interactie in de praktijk kleiner te zijn, dan houdt dat in dat een van de fundamentele aannames uit de snaartheorie niet klopt. En dat dus de hele theorie meteen de prullenbak in kan.

Het leuke is nu dat met die W-boson-interacties relatief weinig energie gemoeid is. De berekeningen van Distler laten zien dat de LHC, die momenteel in aanbouw is in de buurt van Genève, een energieniveau moet kunnen halen dat voldoende is om praktisch uitsluitsel te geven.


Overigens heeft Distler er vertrouwen in dat de experimenten de Lorentz-invariantie alleen maar zullen bevestigen.

bron: NewScientist.com

Onderwerpen