Vanaf dit voorjaar zetten zes gespecialiseerde proteomics-onderzoekslabs hun deuren open voor onderzoekers uit heel Europa. In het kader van het EU-project PRIME-XS kunnen ze gesubsidieerde meettijd aanvragen op de daar aanwezige apparatuur, waaronder meer dan 50 geavanceerde massaspectrometers. Dat meldt de Universiteit Utrecht, die het project coördineert.

Initiatiefnemer is de Utrechtse hoogleraar biomoleculaire massaspectrometrie Albert Heck. “Wetenschappers met veel kennis van het eiwitonderzoek hebben niet altijd toegang tot de juiste apparatuur of een goed ondersteunend team”, zo legt hij uit. “Door voor hen de deuren te openen van vooraanstaande laboratoria verwacht ik dat we het hele vakgebied naar een hoger niveau kunnen tillen.”

Dat doel is om uiteindelijk de rol van álle eiwitten in het menselijk lichaam te achterhalen, teneinde die eiwitten optimaal te kunnen gebruiken als biomarkers voor het opsporen van allerlei aandoeningen. “Ik verwacht dat het binnen een paar jaar mogelijk is om uit een beetje bloed of urine verschillende ziektes vroegtijdig te achterhalen die een patiënt onder de leden heeft. Het zal dan niet meer zo lang duren voordat deze techniek in ziekenhuizen gebruikt gaat worden”, aldus Heck.

Naast zijn eigen universiteit doen 11 onderzoeksinstellingen uit België, Zwitserland, Denemarken, Spanje, Engeland, Oostenrijk, Frankrijk en Duitsland mee. Ook vooraanstaande leveranciers van meetapparatuur en reagentia worden er als ‘industrieel platform’ bij betrokken.

Via het 7e Kaderprogramma van de EU komt 8 miljoen euro beschikbaar voor het project, uitgesmeerd over 4 jaar. Dat bedrag is goed voor in totaal 1.971 dagen ‘transnationale’ meettijd in de deelnemende labs, waaronder het Netherlands Proteomics Center in Utrecht (621 dagen) en de VIB Proteomics Unit in Gent (380 dagen).

PRIME-XS gaat officieel van start op 1 februari. Vanaf die datum zou het mogelijk moeten zijn om onderzoeksvoorstellen in te dienen en enkele van die 1.971 dagen te claimen.

Bron: UU, PRIME-XS

Onderwerpen