Gemodificeerde macrofagen met een verhoogde glucoseconsumptie kunnen de kans verkleinen dat een tumor uitzaait. Wellicht rolt er ooit een nieuwe therapie uit, suggereren Leuvense onderzoekers deze week in Cell Metabolism.

Die macrofagen, een soort witte bloedcellen, maken normaal gesproken deel uit van het immuunsysteem. Maar al langer is bekend dat ze in tumoren een minder positieve rol spelen. ‘Tumor-associated macrophages’ (TAM’s) bevorderen onder meer de vorming van bloedvaten (angiogenese), en het is mede aan hun bemoeienis te danken dat het bloedvatstelsel van een tumor meestal chaotisch en gebrekkig is. Uitzaaiende cellen kunnen vervolgens de losse eindjes van die bloedvaten gebruiken om weg te komen.

Mathias Wenes en zijn begeleider Massimiliano Mazzone (VIB/KU Leuven) hebben nu ontdekt dat je dit effect kunt tegengaan door één gen in die TAM’s stil te leggen. Dat gen codeert voor REDD1, een eiwit dat de zogeheten mTOR-signaalroute dempt.

mTOR regelt vooral de energiehuishouding. Valt de inhibitie door REDD1 weg, dan gaat de macrofaag veel meer glucose omzetten dan hij eigenlijk zou moeten.

Die glucose is dan niet meer beschikbaar voor bloedvatcellen, die daardoor letterlijk niet meer de energie hebben om zichzelf ongecontroleerd te vermenigvuldigen. Nieuwe bloedvaten vormen zich dus veel langzamer, en daardoor worden ze kwalitief een stuk beter. Wat waarschijnlijk goed nieuws is voor de tumor maar zeker niet voor de uitzaaiende cellen, die hun ontsnappingspogingen aanlopen stuk zien lopen op een barrière van degelijke vaatwanden.

Of het ooit mogelijk zal zijn gemidificeerde fagen in te zetten als kankermedicijn, blijft onduidelijk. Maar volgens Mazzone heeft de ontdekking wel direct gevolgen voor bestaande medicijnen zoals rapamycine, die mTOR juist remmen in de hoop de tumor te beroven van zijn energietoevoer. Hij heeft het uitgeprobeerd bij muizen, en inderdaad lijken die remmers soms uitzaaiingen in de hand te werken.

Achteraf blijkt Wenes er al een half jaar geleden op te zijn gepromoveerd. De resultaten mochten echter pas naar buiten toen dat tijdschrift er aan toe kwam.

bron: KU Leuven

Onderwerpen