Biodegradeerbare plastic zakken moeten apart worden ingezameld en ‘oxo-fragmenteerbare’ varianten kunnen beter worden verboden. Ze zijn namelijk de pest voor de recycling, waarschuwt de Europese vereniging van kunststoffenverwerkers EuPC in een persbericht.

Dat oxo-fragmenteerbare spul is geen bioplastic maar ‘gewoon’ polyethyleen of een andere kunststof van petrochemische origine. Er worden katalysatoren aan toegevoegd (vaak overgangsmetalen) die onder invloed van zonlicht de polymeerketens in stukjes knippen. Het idee is dat die stukjes daarna gemakkelijker worden afgebroken door micro-organismen. Over de vraag of die claim terecht is, zijn deskundigen het niet eens.

Het afgelopen jaar heeft de in Brussel gevestigde EuPC uitgebreide proeven gedaan met degradeerbare plastic zakken uit de lopende productie van een aantal van haar leden. De vraag was daarbij in hoeverre de kwaliteit van polyethyleen-recyclaat achteruit gaat wanneer er afwijkende kunststofsoorten in terecht komen.

Er werden 17 mengsels geproduceerd die ‘theoretische end-of-life situaties’moesten simuleren. Een producent van recyclingmachines maakte er folie van, waarna onafhankelijke laboratorium de mechanische eigenschappen mochten testen.

Eindconclusie na in totaal 3.740 proefjes: twee procent oxo-fragmenteerbaar materiaal is al voldoende voor een merkbaar negatief effect op de foliekwaliteit. Vandaar dat de EuPC de Europese overheden oproept om dergelijke kunststoffen helemaal te verbieden wegens gebrek aan positieve milieu-effecten.

Echte biodegradeerbare plastics verpesten de recyclaatkwaliteit ongetwijfeld ook, maar daar staan dan wél weer duidelijke milieuvoordelen tegenover. Vandaar de oproep aan diezelfde overheden om een apart inzamelingscircuit voor afbreekbaar plastic te organiseren.

Hoe je de gemiddelde consument zo ver krijgt dat hij zijn kunststofafval voortaan netjes op soort gaart sorteren, zeggen ze er helaas niet bij.

bron: EuPC

Onderwerpen