De zoektocht naar innovatieve materialen wordt steeds complexer. De nieuwe master Materiomics aan de Universiteit Hasselt springt daarop in door studenten interdisciplinair op te leiden: van biochemie en biofysica tot kwantummechanica en computerkunde.

Koolstofdioxide omzetten in brandstoffen, met zonlicht als energiebron. Een nieuwe generatie computers op basis van kwantummateriaal. Een onderhuidse biosensor die continu de suikerspiegel van diabetespatiënten monitort. Het zijn maar een paar van de vele projecten waaraan je kunt werken binnen de nieuwe, multidisciplinaire masteropleiding van de Universiteit Hasselt: Materiomics.

Verrijking

‘Als je de vraag stelt: wat is een materiaal, dan zul je verschillende antwoorden krijgen, afhankelijk van de expert aan wie je het vraagt’, zegt hoogleraar An Hardy, opleidingscoördinator van Materiomics en verbonden aan het Instituut voor Materiaalonderzoek van de UHasselt. ‘Bij de ontwikkeling van nieuwe materialen zullen al deze experts moeten samenwerken. Maar zo’n samenwerking verloopt nu niet altijd soepel, want experts moeten altijd eerst elkaars disciplines leren kennen. Wat nu als je al deze verschillende kennisgebieden – van chemie tot fysica en techniek – samenbrengt binnen één opleiding? Dan heb je als afgestudeerde alles in huis om de ingewikkelde materiaalvraagstukken van de toekomst aan te kunnen.’

‘Bij de ontwikkeling van nieuwe materialen zullen de experts moeten samenwerken’

Volgens Hardy is het een verrijking om studenten vanuit verschillende richtingen aan te trekken. En dus zijn de toelatingseisen vrij breed. Met een chemie- of fysica-bachelorsdiploma kun je direct aan de slag, met bijvoorbeeld wiskunde of biologie volgt eerst een voorbereidingsdiploma.

In het eerste jaar van de opleiding bouw je een brede basiskennis op over de chemie en fysica van materialen. In jaar twee volgt de specialisatie. Hardy: ‘Dat is ook iets waar de industrie om vraagt: iemand die zowel de brede kennis bezit, als een expertise binnen een bepaald gebied.’

Vier pijlers

Binnen het tweede jaar zijn er vier specialisaties. De eerste richt zich op materialen voor kwantumtechnologieën. ‘Denk hierbij aan kwantumcomputers, maar ook optica en medische toepassingen zoals een nieuw type NMR-instrument’, vertelt Hardy. De twee pijler is toegespitst op energie. ‘Het oogsten van zonne-energie staat hier centraal, maar ook de opslag van die energie en koolstofdioxide-conversie. Hier doen we veel onderzoek naar binnen het Instituut voor Materiaalonderzoek.’

‘De industrie vraagt om mensen met een brede kennis én een bepaalde expertise’ 

De derde specialisatie draait om circulariteit. Een belangrijk onderwerp voor een duurzame toekomst, aldus Hardy. ‘Hier doe je onderzoek naar groene processen, zoals de recycling van polymeren en het inzetten van algen voor conversie van afval tot nuttige verbindingen.’ Ten slotte gaat het in de laatste pijler over materialen voor gezondheidstoepassingen. ‘Hierbij ligt de focus op nieuwe sensoren voor diagnostiek en monitoring bij ziektes. Of we kijken bijvoorbeeld naar nieuwe materialen voor reparatie van een ziek hart.’

Het doel van de opleiding is volgens Hardy duidelijk: ‘We willen studenten opleiden die na hun afstuderen met hun kennis van nieuwe materialen kunnen bijdragen aan een duurzame, veilige en gezonde toekomst voor alle mensen. Dat klinkt erg idealistisch, maar ik hoop er toch wel op.’