Probiotica kunnen de rol van antibiotica in de varkensteelt wellicht overnemen. Biggetjes worden er in elk geval gezonder van, claimen onderzoekers van de Freie Universität Berlin.

Die antibiotica werden vroeger toegediend als groeibevorderaar. Het idee was dat ze sluimerende infecties onderdrukken die de groei belemmeren, ook als de dieren voor het oog gezond zijn. In de EU mag dat echter sinds 2006 niet meer: als er zó gul wordt gestrooid met antibiotica is straks elke bacterie er resistent tegen.

In Applied and Environmental Microbiology melden Carmen Bednorz en collega’s nu dat het ook werkt om de biggen ‘goede’ darmbacteriën toe te dienen. Om precies te zijn Enterococcus faecium NCIMB 10415. Die soort wordt al langer aangeprezen als biggen-probioticum, alleen was er tot nu toe geen hard bewijs dat het iets uithaalde.

De Duitsers hebben nu voor het eerst grondig onderzocht wat die probiotica precies doen met de verschillende E.coli-stammen die voorkomen in de stront en het darmslijmvlies. Er kwam uit dat met name de pathogene stammen er onder te lijden hebben, vooral omdat ze meer moeite lijken te krijgen om zich aan dat darmslijmvlies te hechten. Hoe dit kan is niet helemaal duidelijk maar het vermoeden bestaat dat E. faecium zich óf zelf aan dat slijmvlies hecht óf aan E.coli.

De niet-pathogene coli’s en de rest van de darmflora lijken veel minder last van de probiotica te hebben, wat uiteraard goed nieuws is.

bron: American Society for Microbiology

Onderwerpen