Stanford-onderzoekers werken aan een pleister die het stresshormoon cortisol detecteert in menselijk zweet. Wanneer je vermoedt dat je acuut in de stress zit hoef je zo geen dagen meer te wachten op een lab-uitslag die het bevestigt, suggereren Alberto Salleo en collega’s in Science Advances.

Dat cortisol (zie de afbeelding) wordt aangemaakt in de bijnierschors en is een betere indicatie voor stress dan fysische waarden als de hartslag, de lichaamstemperatuur of de geleidbaarheid van het zweet. Probleem is alleen dat het molecuul onder fysiologische condities niet geladen is. Met zogeheten organic electrochemical transistors (OECT’s), de meest populaire ‘draagbare’ sensoren van dit moment, kun je het daarom nooit rechtstreeks detecteren.

Vandaar dat Salleo en postdoc Onur Parlak het indirect doen. Ze gebruiken een membraan met nanoporiën waarvan ze de grootte dusdanig instellen dat cortisol er als enige algemeen voorkomende zweetcomponent in blijft steken. Die moleculen blokkeren deels de passage van natrium- en kaliumionen uit het zwet. Die zijn wél geleidend en prima detecteerbaar met een OECT die bovenop het poreuze membraan zit.

Uiteraard is het daarbij de kunst die poriën precies goed te krijgen. Dat is een kwestie van een nauwkeurig gekozen mix van monomeer, crosslinker en initiator, die je laat polymeriseren vanuit het juiste oplosmiddel. Dichloormethaan voldoet tot nu toe het beste.

Tussen membraan en huid zit een tweede membraan met veel grotere poriën, dat zweet actief opzuigt en dient als bufferreservoir om de meting te stabiliseren.

Voorzichtige tests op studenten die hun cortisolproductie kunstmatig opjoegen door 20 minuten hard te lopen, doen vermoeden dat het werkt. De pleister gaf vrijwel hetzelfde aan als een traditionele labtest.

In principe is de cortisoladsorptie reversibel. Pas bij onnatuurlijk hoge concentraties slaat het membraan permanent dicht. Zolang je daar ruim onder blijft zie je een evenwicht tussen de moleculen in de poriën en die in de vloeistof er onder. Dat je desondanks niet continu kunt meten met de pleister, komt doordat het zweet niet wordt ververst zolang hij op de huid zit. Losnemen en afspoelen kan wél.

bron: Stanford