Kernproeven maken C14-datering van lenseiwitten mogelijk

Deense onderzoekers denken de leeftijd van overleden mensen tot op anderhalf jaar nauwkeurig te kunnen bepalen aan de hand van het C14-gehalte van eiwitten in de ooglens. Dankzij de Koude Oorlog, zo melden ze in PLoS ONE.

De transparante eiwitten (cristallines) worden bijna allemaal gevormd in de eerste twee jaar na de geboorte, en veranderen daarna niet meer. De koolstof in die eiwitten is uiteraard afkomstig uit de voedselketen.

De Denen maken nu gebruik van een bijverschijnsel van de bovengrondse kernproeven, die in de jaren vijftig van de vorige eeuw in groten getale werden gehouden. Die hebben het gehalte van de licht radio-actieve koolstofisotoop C14 in de atmosfeer verdubbeld. Sinds 1960, toen er een einde aan die kernproeven werd gemaakt, is het C14-percentage maar heel langzaam weer afgenomen.

Door het C14-gehalte van de cristallines te meten kun je dus een heel redelijke indruk krijgen van het jaar waarin die cristallines zijn ontstaan, in elk geval wanneer de eigenaar na 1953 geboren is.

bron: PLoS

Onderwerpen