Voedselwetenschappers van TNO denken te weten hoe ze slachtdieren nog tijdens hun leven kunnen ontdoen van EHEC- en andere bacteriën zonder antibiotica te hoeven geven. Over een jaar of 2 zouden dergelijke voedingssupplementen in de handel kunnen zijn, zo meldt de organisatie in een persbericht.

Een TNO-woordvoerder geeft toe dat men nog niet het juiste recept heeft tegen de EHEC-bacterie, die de laatste weken duizenden slachtoffers heeft geëist en die waarschijnlijk in de voedselketen terecht is gekomen via besmetting door dierlijke mest. Men denkt daarvoor nog een maand of 6 nodig te hebben.

 

Maar de uitvinding is wel met succes getest tegen zogeheten ESBL-bacteriën, die eveneens resistent zijn tegen de meest gebruikte antibiotica. En aangezien EHEC naaste familie is van ESBL-producerende E.coli , ligt het voor de hand dat de TNO-aanpak daar ook gewoon voor is te gebruiken.

 

Het zou gaan om een mengsel van ‘natuurlijke ingrediënten’ dat selectief de ongewenste bacteriën doodt zonder de rest van de dierlijke darmflora te beschadigen. Die stoffen zou je dan door het voer van kippen, varkens en runderen moeten doen om de bacteriologische veiligheid van hun vlees te garanderen.

 

Nu probeert men dat nog te bereiken door de dieren overvloedig op antibiotica te trakteren. Maar dat heeft tot gevolg dat steeds meer bacteriën resistentie tegen die antibiotica ontwikkelen, zodat bacteriële infecties bij mensen ook steeds moeilijker zijn te behandelen. Vandaar dat men al langere tijd van dat antibioticagebruik af wil, en vandaar ook dat TNO al jaren werkt aan antibacteriële voedseladditieven als alternatief.

 

Die additieven kunnen worden uitgezocht dankzij een nieuw ontwikkelde methode om een complete dierlijke darmflora over te plaatsen naar een reageerbuisje, en hem daar ongeveer een week goed te houden. Dat geeft een veel beter beeld dan wanneer je elke bacterie afzonderlijk kweekt en afzonderlijk aan proefjes onderwerpt. In zo’n darmflora beïnvloeden de bacteriesoorten immers ook elkaar in hoge mate; het kan bijvoorbeeld zo zijn dat je de ene soort kunt bestrijden door een anderer, concurrerende soort een extra zetje te geven.

 

Een wetenschappelijke publicatie hierover is nog in voorbereiding.

 

In een vervolgprogramma, waaraan bijna 30 bedrijven zouden moeten meedoen, hoopt TNO de onderzoeksresultaten te kunnen vertalen naar de praktijk. “Als we aan het begin van de keten schoon voer geven, vertaalt zich dat in veilig eten op ons bord”, stelt directeur Jan Pieter van der Lugt.

 

Hij voegt er wel aan toe dat het alleen al 2 jaar zal kosten om de producten officieel toegelaten te krijgen.

 

bron: TNO

Onderwerpen