Van onderdelen van een AFM-microscoop kun je een ultragevoelige bewegingsdetector maken die leven op Mars herkent zodra het zich roert. Als de NASA niet toehapt houd je er altijd nog een prima techniek aan over om medicijnen te screenen, schrijven Zwitserse onderzoekers in PNAS.

Waarbij ze er dus van uitgaan dat ‘leven’ altijd op de een of andere manier samengaat met ‘beweging’. En inderdaad is het moeilijk voor te stellen dat er micro-organismen bestaan die nóóit met hun zweepstaartjes slaan, zich delen of alleen maar een poepje laten.

De ‘nanobewegingsdetector’ van Giovanni Longo en collega’s van de EPFL in Lausanne is eigenlijk gewoon een geminiaturiseerde hefboom (‘cantilever’) van het soort dat in AFM-microscopen dient als drager voor de tastnaald. Plus de laser die de verbuiging van die cantilever registreert als de tastnaald over een atoom heen stuitert.

In dit geval laat je de tastnaald weg en steek je de cantilever simpelweg naar buiten. Strijkt er een micro-organisme op neer en gaat dat op de een of andere manier bewegen, dan is het detectiemechanisme gevoelig genoeg om die trilling te registreren.

De Zwitsers hebben het uitgeprobeerd met diverse bacteriën, gistcellen, menselijke cellen en bodem- en watermonsters. De trilling was goed te meten, werd sterker als ze extra voedingsstoffen toevoegden en hield op als ze de cellen chemisch om zeep hielpen.

In afwachting van de eerstvolgende ruimtemissie willen ze het idee gebruiken om geneesmiddelen te testen. Hecht bacteriën of tumorcellen aan de cantilevers, voeg je medicijn toe en kijk of er dan nog iets durft te trillen. Zo wel eens veel sneller kunnen werken dan de huidige high throughput-screeningstechnieken, is de boodschap.

bron: EPFL