Sofie Claerhout (29) heeft de middelen om cold cases op te lossen, maar mag ze in België niet gebruiken. ‘Ik dacht binnen vier jaar de wet te kunnen veranderen, maar ik ben al acht jaar aan het pleiten. Met de doctorstitel heb je plots meer geloofwaardigheid.’

Wat zou je doen als je de technieken om moordenaars op te sporen in huis had, maar je deze volgens de wet niet mag gebruiken? Sofie Claerhout, doctor in de forensische genetica aan de KU Leuven, koos het verzet. Ze is gespecialiseerd in Y-chromosomaal onderzoek en ontwikkelde technieken om cold cases op te lossen, maar mag ze in haar thuisland België niet gebruiken, omdat ze gebonden is aan de DNA-wet van 1999. Deze stelt dat je alleen mag testen of het DNA van een officiële verdachte overeenkomt met het DNA van de vermeende dader, maar je mag niet verder kijken naar verwanten of vergelijken met genetisch materiaal van vrijwilligers.

Het Y-chromosoom is het enige stukje DNA dat zó intact wordt doorgegeven van vader op zoon, legt Claerhout uit. ‘Dat maakt het zo’n krachtig middel. Met Y-chromosomaal DNA kunnen we broers, neven en achterneven tot de veertigste generatie identificeren. Vroeger dachten we dat dat nutteloos was, omdat iedereen in de vaderlijke lijn exact hetzelfde Y-chromosoom zou hebben. Inmiddels weten we dat het Y-chromosoom subtielere foutjes heeft.’

Dorpelingen

Nederland is volgens Claerhout pionier in Y-chromosomaal onderzoek naar verwantschap. De zaak van Marianne Vaatstra was baanbrekend. Zij werd in 1999 verkracht en vermoord en er was veel DNA van de dader, maar dat kwam niet overeen met één van de verdachten. ‘Er was net een asielzoekerscentrum gestart in dat dorp en de dorpelingen dachten dat de dader een asielzoeker was’, legt Claerhout uit. De zaak werd een cold case.

‘Ik mag mijn ontwikkelingen nog niet gebruiken in eigen land’

In 2012 was er een wetswijziging in de Nederlandse DNA-wet, waarna de recherche ook naar familie van de dader mocht zoeken. Ondertussen kwam de kennis over mutaties in het Y-chromosoom op. ‘Toen konden ze achterhalen dat de dader hoogstwaarschijnlijk geen asielzoeker was en hebben ze ’s werelds eerste grootschalige Y-verwantschapsonderzoek uitgevoerd. 90% van de mannen in het dorp heeft zijn DNA vrijwillig afgegeven, waaronder de dader.’

Frustrerend

Claerhout ontwikkelde tijdens haar doctoraat tools om dit proces te verfijnen. Ze staat inmiddels aan de wereldwijde top van Y-chromosomaal onderzoek voor cold cases, maar mag haar ontwikkelingen niet gebruiken in eigen land. ‘Dat blijft frustrerend, daarom ben ik Y-chromosoomambassadeur geworden.’ Ze won de PhD Cup, waarna verschillende media haar verhaal oppikten. Toen vroeg Uitgeverij Lannoo haar om een boek te schrijven [Dader Onbekend, red.] over haar onderzoek.

‘In driehonderd pagina’s kun je heel veel vertellen.’ Maar haar ultieme doel was direct contact met de Belgische minister van justitie. Toen die een carrièrelezing gaf op de KU Leuven-afdeling in Kortrijk greep ze haar kans. ‘Ik had mezelf tactisch in het midden van de aula geplaatst en bij de vragenronde na de lezing plaatste ik een vriendelijke doch dringende oproep om de verouderde DNA-wet aan te passen.’ Bij de receptie zocht ze hem op en regelde ze een interview. ‘De Belgische minister van justitie heeft bij mijn boeklancering een half uur gespeecht over mijn werk en bevestigd dat hij ermee aan de slag gaat.’

Op dit moment is het wetsvoorstel geschreven. Nu moet het nog door de Raad van State en dan door het parlement. Claerhout is ondertussen in de leer bij Bruce Weir, die ooit de zaak van OJ Simpson voorzat, in Seattle. ‘Ik hoop dat het in de wet staat als ik in oktober terug ben.’

Voor meer informatie over Claerhouts project kun je haar website bezoeken.

Sofie Claerhout

Beeld: Kevin Faingnaert

Wie is Sofie?

Wat en waar heb je gestudeerd?

‘Moleculaire biologie aan de KU Leuven met een minor biotechnologie in Leiden.’

Wat motiveert je in je werk?

‘De nabestaanden. Zoals de ouders van de vermoorde Ingrid Caeckaert, die vragen zich al 32 jaar af wat er gebeurd is. Ze zijn inmiddels in de tachtig, dus er is haast bij.’

Wat zijn je ambities voor de korte termijn?

‘Ik wil dat de nieuwe DNA-wet er binnen een jaar is. Ik hoop dat het in oktober in de wet zit, want ik ben er al acht jaar voor aan het pleiten. Dan wil ik onmiddellijk aan de slag met de moord op Ingrid Caeckaert en dat ik over een jaar de dader heb gevat.’

Wat zijn je ambities voor de lange termijn?

‘Mijn eigen CSY-labo opstarten, waarin we de expertise hebben om verwantschapsonderzoek in België te leiden. Dat we straks elke cold case die we kunnen oplossen hebben opgelost. Als dat gelukt is, gaan we naar de zware zedenzaken. Die worden vaak niet opgelost, omdat ze geen prioriteit krijgen. De forensische wereld is heel mannelijk. Het is frustrerend om te horen dat verkrachting niet als zwaar wordt gecategoriseerd.’