Tumoren zijn misschien wel zo verslaafd aan ‘slechte’ cholesterol dat ze obesitas actief bevorderen. Dat beweert althans een Canadees-Oostenrijks onderzoeksteam in Cell Reports.
Het zou betekenen dat je tumorgroei kunt dwarsbomen door de afscheiding van LDL-cholesterol door de lever af te remmen, en de eerste dierproeven doen vermoeden dat die aanpak inderdaad zou kunnen werkt.
De link tussen kanker en obesitas werd uiteraard al vermoed, maar de groepen van Richard Lehner (University of Alberta) en Gerald Hoefler (Medizinische Universität Graz) lijken hem aardig te hebben geconcretiseerd. Hun onderzoek maakt duidelijk dat tumoren lipoproteïnen nodig hebben om te groeien en dat ze de ‘low density’ en ‘very low density’-varianten (LDL en VLDL) daarvoor het beste kunnen gebruiken.
Die VLDL kunnen ze desnoods zelf aanmaken, maar ze kunnen het ook ‘bestellen’. Daartoe verstoren ze de aanmaak van LDL-receptoreiwitten in de lever, die geacht worden de slechte cholesterol uit het bloed te filteren.
In deze situatie zou een ‘te hoge cholesterol’ dus eigenlijk een bijverschijnsel van kanker zijn.
Proeven met muizen bevestigen dat een tumor inderdaad de productie van die eiwitten verlaagt. En schakel je bij die muizen de genen uit voor carboxylesterase3 en triacylglycerolhydrolase, twee genen die essentieel zijn voor de productie van VLDL, dan blijken tumoren inderdaad veel langzamer te groeien.
De volgende vraag is of bestaande cholesterolverlagers heilzaam zijn voor kankerpatiënten. Zou zomaar kunnen.
bron: University of Alberta
Nog geen opmerkingen