Bestaande rioolwaterzuiveringen zijn niet opgewassen tegen afvalwater van de schaliegaswinning. Na behandeling is het water nog steeds sterker vervuild dan de normen toelaten, meldt het tijdschrift Environmental Science and Technology.

Het doet vermoeden dat bij schaliegaswinning veel meer moet worden geïnvesteerd in afvalwaterzuivering dan men tot nu toe dacht, om te voorkomen dat uiteindelijk ook het drinkwater niet zuiver genoeg meer is te krijgen. Wat vooral voor de cowboys binnen de branche wel eens een onaangename verrassing zou kunnen zijn.

Die conclusie is gebaseerd op ervaringen met drie rwzi’s in de Amerikaanse staat Pennsylvania. Promovendi vande Unversity of Pittsburgh analyseerden het water, dat dar uit kwam, met verschillende spectroscopische technieken. De gevonden concentraties liepen nogal uiteen maarb ij een van de drie troffen ze gemiddeld 5,99 mg/l barium en 48,3 mg/l strontium aan, terwijl de Amerikaanse federale drinkwaternorm respectievelijk 2 en 4 mg/l noemt als maximum.

Ook bromiden, chloriden en benzeen gingen over de norm heen.

De gevonden verontreinigingen zijn karakteristiek voor het spoelwater dat bij ‘fraccen’ van schalielagen naar boven komt. Dat is uiteraard nog geen bewijs dat ze daar daadwerkelijk uit afkomstig zijn. Maar het wordt wel heel erg waarschijnlijk wanneer je weet dat de milieu-autoriteiten van de staat Pennsylvania het in 2011 ook niet meer vertrouwden en de publieke rwzi’s verzochten om het afvalwater van de schaliegaswinning voortaan te weigeren. Prompt werd het gezuiverde water een heel stuk schoner: die 5,99 mg/l barium daalde bijvoorbeeld tot 0,14 mg/l.

Het goede nieuws is uiteraard dat van de alternatieve zuivering van dat schaliegas-afvalwater ook weer iemand stinkend rijk kan worden (als het meezit, tenminste).

bron: C&EN

Onderwerpen