Om planten heel snel genetisch te modificeren moet je simpelweg de gewenste genen bevestigen aan ijzeroxide-nanodeeltjes. De combinatie strooi je over het stuifmeel en een magnetisch veld doet de rest, claimen Chinese onderzoekers in Nature Plants.

Op zich is deze ‘magnetofectie’ niet nieuw. Ze is zelfs al gewoon in de handel. Je gebruikt er Fe3O4-deeltjes voor die je coat met polyetheenimine om het DNA te laten hechten. Leg cellen onderin een petrischaaltje, plaats daaronder een magneet en je trekt je nanodeeltjes dwars door de celmembranen heen. Maar tot nu toe lukte dit alleen bij dierlijke cellen, en bij micro-organismen. Bij planten zijn de celwanden er veel te stevig voor.

Haixin Cui en collega’s van de Chinese academie van landbouwwetenschappen in Beijing maken nu handig gebruik van het feit dat veel plantensoorten stuifmeelkorrels aanmaken met een poreuze mantel. De gaten zijn groot genoeg om zo’n nanodeeltje met DNA te laten passeren.

Ongeveer 80 % van de korrels blijkt hierna nog levensvatbaar.

En vervolgens blijkt dat extra DNA op de een of andere wijze te worden meegenomen bij het bevruchtingsproces. Wat er precies gebeurt, wordt uit de publicatie niet duidelijk. Maar de genen lijken ergens in het plantengenoom te worden ingebouwd, en dan ook consequent te worden overgeërfd naar volgende generaties.

Waar ze precies in dat genoom terecht komen, en met hoeveel kopieën tegelijk, kun je niet van tevoren bepalen. Maar het voordeel van planten is dat je zonder ethische bezwaren honderden exemplaren tegelijk kunt behandelen, waarna je er de best geslaagde nakomelingen tussenuit pikt om verder mee te kweken.

De Chinezen hebben het uitgeprobeerd met katoen, dat ze wisten te voorzien van zeven verschillende extra genen. Van de planten, die ze bestoven met gemagnetofecteerd stuifmeel, bracht gemiddeld één op de tien daadwerkelijk gemodificeerde zaadjes voort.

Met peper- en pompoenplanten lukte het ook en de Chinezen vermoeden nu dat het bij vrijwel alle landbouwgewassen werkt.

bron: Nature Plants