Dat langdurig antibioticagebruik leidt tot bijwerkingen komt door oxidatieve stress in je mitochondriën. En daar valt simpel genoeg wat aan te doen, schrijven Harvard-onderzoekers in Science Translational Medicine.

Volgens de auteurs is dat ook niet zo gek als je bedenkt dat mitochondriën ooit zijn geëvolueerd uit zelfstandige bacteriën. Antibiotica die geacht worden bacteriën wel aan te tasten maar menselijk weefsel niet, kunnen op mitochondriën dus wel degelijk effect hebben. Meestal vallen de gevolgen mee maar vooral bij een langdurige kuur wil het nog wel eens leiden tot -bijvoorbeeld - diarree of gehoorproblemen.

Het betreft in het bijzonder antibiotica waarvan bekend is dat ze werken door bij bacteriën oxidatieve stress te veroorzaken. Voorbeelden zijn ciprofloxacine, ampicilline en kanamycine.

Jim Collins en collega’s van het Wyss Institute for Biologically Inspired Engineering lieten dat drietal los op kweekjes van menselijke cellen en constateren dat ze na een dag of vier inderdaad de mitochondriën beginnen te beschadigen. Een van de effecten blijkt te zijn dat de opbouw van reactieve zuurstofverbindingen nog wordt verergerd, met als gevolg beschadigingen aan DNA, eiwitten en membraanlipiden die ook al typisch zijn voor oxidatieve stress.

Proeven met levende muizen gaven eenzelfde beeld.

Collins ziet het als het zoveelste bewijs dat je antibiotica alleen moet voorschrijven bij serieuze infecties. Als het echt niet anders kan heeft hij wel een paar oplossingen in gedachten. Zo blijkt tetracycline, dat bacteriegroei belemmert zonder echt dodelijk te zijn, de mitochondriën met rust te laten. Ook toediening van een antioxidant zoals N-acetylcysteïne bleek bij die muizen het probleem te verhelpen.

En aangezien beide producten allang voor menselijk gebruik zijn goedgekeurd, kan het geen kwaad om het gewoon eens bij mensen te proberen.

bron: Wyss Institute

Onderwerpen