Als je naar CO2-emissies tijdens de productie, naar landgebruik en kunstmest kijkt, zijn de meeste biobrandstoffen nog minder duurzaam dan gewone benzine of diesel. Dat akelige vermoeden is zojuist door onderzoeksbureau CE Delft bevestigd, in een rapport dat in opdracht van Greenpeace Nederland is geschreven.

Van de onderzochte brandstoffen komt biodiesel uit soja het slechts uit de bus, op de voet gevolgd door biodiesel uit koolzaad, zonnebloem of palmolie. De pijn lijkt daarbij vooral in indirecte CO2-uitstoot te zitten, veroorzaakt door het creëren van nieuwe landbouwgrond door middel van platbranden.

De Volkskrant zet er dan ook nog een foto bij van een dode orang-oetan, slachtoffer van de verbouwing van zijn leefgebied tot palmolieplantage

Ethanol uit suikerriet of suikerbieten scoort ook slechter dan benzine, maar dat verschil is heel gering. Opvallend is dat hetzelfde geldt voor rijden op fossiel aardgas.

Als verreweg de beste optie komt het bereiden van methanol uit glycerol uit de bus, zoals onder meer door BioMCN in Delfzijl wordt gedaan. Onduidelijk is echter of hierbij de overweging is meegenomen dat die glycerol gewoonlijk een bijproduct van de biodieselfabricage is.

Een na beste optie is dimethylether uit resthout. Elektrisch rijden op duurzame stroom staat op drie.

In de Volkskrant wenst mede-auteur Bettina Kampman het wel een beetje te relativeren: “Het is bedoeld als indicatie. Wij zeggen niet de wijsheid in pacht te hebben.”

bron: CE, de Volkskrant

Onderwerpen