De Dutch Glycerin Refinery (DGR) was ooit onderdeel van een methanolfabriek op Chemie Park Delfzijl. Nu zuivert DGR glycerine voor uiteenlopende toepassingen.

‘Waar glycerine allemaal voor wordt gebruikt? Je kunt beter vragen: waar niet voor?’ zegt Peter Hol, manager van de Dutch Glycerin Refinery (DGR). ‘Het zit in allerlei producten die we dagelijks gebruiken, van koelmiddel voor motoren tot zoetmaker in voeding en vochtinbrenger in zalfjes.’

De zaken lopen dan ook goed voor ‘s werelds grootste glycerinezuiveringsbedrijf. Toch was het oorspronkelijk idee voor de toepassing van de DGR-glycerine heel anders. En dat heeft te maken met de locatie van de fabriek: Chemie Park Delfzijl.

Niet meer gratis

‘Wij hebben een historie met dit park’, vertelt Hol. Die geschiedenis begon in de jaren 1970. Toen verschenen de eerste methanolfabrieken op het industrieterrein-aan-zee in het noordoosten van Groningen. Methanol kun je maken uit aardgas, maar ook uit glycerine. Dat laatste gebeurde vanaf de eeuwwisseling, toen in Europa de biodieselindustrie op kwam. Hol: ‘Toen dacht men dat glycerine, een restproduct van de biodieselproductie, een gratis op te halen grondstof was.’

‘Dit chemiepark biedt alles wat je wenst’

Het bedrijf BioMCN, dat zich in 2005 vestigde op het Chemie Park, besloot daarop in 2009 een glycerinezuiveringsfabriek te bouwen die de grondstof zou leveren voor de methanolfabriek. In 2011 werd deze operationeel. Dat verliep niet zo succesvol – volgens Hol om twee redenen. ‘Het bleek ten eerste technisch lastig de minieme onzuiverheid in de glycerine (0,5%) te verenigen met de katalysatoren van het methanolproductieproces.’ Dat had nog opgelost kunnen worden, maar de tweede reden deed het idee van de duo-fabriek definitief de das om. ‘De markwerking zat tegen en glycerine was niet meer gratis.’

De toenmalige eigenaar van BioMCN besloot in 2014 de fabriek op te splitsen in een methanolfabriek die weer aardgas zou gebruiken als grondstof, en een glycerinefabriek die glycerine zou produceren voor allerhande toepassingen. Die laatste werd DGR, die in 2016 onderdeel werd van palmolieproducent Musim Mas Group.

Zeehaven

Als grondstof gebruikt DGR ongezuiverde glycerine afkomstig van biodieselproductiefabrieken in Spanje en Zuidoost-Azië. ‘Glycerine met een zuiverheid van 80% is daarbij een restproduct’, geeft Hol aan. ‘Wij destilleren het tot 99,5% zuiverheid.’

De fabriek kan jaarlijks tot zo’n 200.000 ton glycerine produceren. De grondstof arriveert per schip in de haven van Delfzijl. Dat transport moet nog verder worden opgeschaald. Hol: ‘Maar dat is slechts een kwestie van tijd.

Naast de aanwezigheid van een zeehaven biedt Chemie Park Delfzijl het bedrijf nog meer. ‘We zijn hier goed voorzien van elektriciteit, gas en stikstof’, geeft Hol aan. ‘Ook is het park beveiligd. We hebben hier dus alles wat je wenst voor een goedlopende fabriek.’

‘We zijn ons terdege bewust van de verantwoordelijkheid die we hebben’

Andersom biedt DGR zelf ook voordelen aan de regio, in de vorm van werkgelegenheid. Het toekomstperspectief van het bedrijf is rooskleurig: er is wereldwijd veel vraag naar glycerine uit plantaardige bronnen, zoals de palmolie van de Musim Mas Group.

‘Palmolie is weliswaar de meest efficiënte olie, maar toch vaak negatief in het nieuws’, zegt Hol. ‘We zijn ons terdege bewust van de verantwoordelijkheid die we hebben: we produceren palmolie op duurzame wijze, en zijn medeoprichter van de Roundtable on Sustainable Palm Oil (RSPO).’ Dat is een alliantie van partijen, van producenten tot consumentenorganisaties en investeerders, die zich wereldwijd inzetten voor een duurzame productie van palmolie.

Zelf werkt Hol nu zo’n acht jaar bij DGR en dat bevalt hem prima. Dat had hij niet gedacht toen hij begin jaren negentig de Akzo Nobel-fabriek op Chemie Park Delfzijl bezocht. Dat was tijdens een excursie als scheikundestudent aan de Rijksuniversiteit Groningen. ‘Toen ik al die pijpen en schoorstenen dacht, besloot ik dat technische scheikunde niks voor mij zou zijn. En nu werk ik op datzelfde park!’