De Nobelprijs voor natuurkunde gaat dit jaar naar twee nuttige gereedschappen voor de life sciences. Arthur Ashkin krijgt de helft voor de uitvinding van het optische pincet, Gérard Mourou en Donna Strickland delen de andere helft voor de ontwikkeling van femtosecondelasers.

Voor Ashkin, die vorige maand 96 werd, komt de prijs wellicht net op tijd. Het optische pincet, eigenlijk een laserbundel waarin je uiterst kleine deeltjes kunt vasthouden, vond hij uit in 1986. Je kunt het onder meer gebruiken om cellen te manipuleren, nanomotortjes te testen of eiwitstructuren en DNA-strengen op te rekken.

Rond dezelfde tijd ontwikkelden de Fransman Mourou en de Canadese Strickland samen een techniek die bekend staat als chirped pulse amplication (CPA). Hiermee kun je ultrakorte laserpulsen (denk aan femtoseconden) voldoende versterken om er iets aan te hebben, zonder dat je een laser hoeft te gebruiken met zó veel vermogen dat hij zichzelf opblaast.

Strickland is tevens pas de derde vrouw die ooit een Nobelprijs voor natuurkunde heeft gewonnen. De eerste was Marie Curie in 1903, de tweede Maria Goeppert Mayer in 1963.

bron: nobelprize.org