Neurotransmitter laat woelmuis eenzaam en verlaten achter

Bij prairiewoelmuizen is een neurotransmitter gevonden die een rol speelt bij in de depressie die ontstaat na de verdwijning van een partner. Onderzoekers van de universiteit van Regensburg en de Emory University in Atlanta publiceerden hun onderzoek deze week in Neuropsychopharmacology.

Een neurotransmitter genaamd ‘corticotropin releasing factor’ blijkt verantwoordelijk voor de depressie. Door de werking van deze stof te blokkeren werd de depressie bij prairiewoelmuizen opgeheven. De onderzoekers denken dat hun resultaten bij kunnen dragen aan de behandeling van zware depressies die optreden als mensen hun partner verliezen.

Prairiewoelmuizen behoren tot de weinige dieren die een levenslange band aangaan met hun partner. Het mannetje stelt zich daarbij heel sociaal op. Het paar deelt de verantwoordelijkheid voor het nest en voedt samen kinderen op. De prairiewoelmuis wordt daarom veel gebruikt in studies naar monogaam gedrag.

In het onderzoek werden mannelijke woelmuizen gekoppeld aan een ander mannetje of een vrouwtjes. Na vijf dagen werden de dieren uit elkaar gehaald. De mannetjes die vijf dagen in het gezelschap van een vrouw hadden verkeerd gedroegen zich veel depressiever dan mannetjes die hun tijd hadden moeten slijten met een ander mannetje.

Het gedrag van de woelmuizen werd getest in doolhoven. Depressieve dieren verschuilen zich hierbij vaker in donkere gedeeltes van de doolhof terwijl vrolijke dieren op ontdekkingstocht gaan in de lichtere gedeeltes van de doolhof. Ook zijn depressieve woelmuizen passiever in experimenten waarin ze moeten zwemmen.

Bron: Neuropsychopharmacology

Onderwerpen