Een bachelor, master en PhD afronden. Op zich geen opmerkelijke gebeurtenis, maar Caroline Visser bolwerkte het naast haar baan als docent.

Hoe doe je dat, promoveren naast je fulltime baan? Caroline Visser, docent bij de Undergraduate School of Science and Engineering aan de Rijksuniversiteit Groningen, geeft toe dat haar werkwijze, inclusief werk in de avonduren en het weekend, niet voor iedereen is weggelegd. ‘Je hebt een drijfveer nodig, zodat je een stapje meer kunt zetten dan je normale werkdag. Daarom moet het onderwerp bij je passen, anders wordt het een strijd.’

Vissers drijfveer zijn haar studenten. ‘Ik krijg positieve energie als ik iemand kan helpen. Ook komen studenten soms met totaal onverwachte oplossingen waar ik nooit aan zou denken. Dat kan heel inspirerend zijn.’ En ze zegt nooit stress te ervaren. ‘Je moet de ideale combinatie zoeken tussen ontspanning en inspanning.’

‘Je hebt een drijfveer nodig, zodat je een stapje meer kunt zetten’

In 1995 begon Visser haar carrière als apotheker, maar in de jaren die volgden veranderde het vak. ‘Ik nam graag de tijd voor patiëntenzorg en ging regelmatig langs bij ouderen die veel medicatie gebruikten, maar door veranderingen in het beleid slokten administratieve zaken mijn tijd op. Het apothekersberoep raakte op de achtergrond.’

Visser werkte toen een dag per week als practicumdocent recepteerkunde bij de Groningse farmacieopleiding. Die functie breidde steeds verder uit en uiteindelijk verliet ze de apotheek voorgoed. Destijds wilde Visser nog verhuizen naar Zweden. ‘Daarom studeerde ik in mijn vrije tijd Scandinavistiek’, vertelt ze. ‘Er waren weinig contacturen en ik kon op vrije dagdelen of tijdens mijn lunchpauze naar college.’ Ze rondde haar master in 2011 af, maar van emigreren kwam het uiteindelijk niet. Wel kreeg ze een vaste aanstelling als docent bij de basiseenheid Farmaceutische Technologie en Biofarmacie.

Haar baan beviel goed, maar er miste iets: ‘Ik wilde het combineren met onderzoek. Toevallig lag er een verzoek klaar vanuit een ziekenhuis dat perfect paste bij de lessen die ik verzorg: ontwikkel een toedieningsvorm voor kinderen die ze niet kunnen uitspugen, makkelijk kunnen doorslikken en die geschikt is voor patiënten die weinig vloeistoffen mogen innemen.’

Zo geschiedde. Visser ontwikkelde tijdens haar PhD een orodispersible film (ODF) die precies aan de eisen voldoet. De ODFs lijken op de ademverfrissende strips van Listerine: flinterdunne, flexibele, plastic­achtige films die bij inname meteen in je mond plakken.

Hele klus

Vaak komen dergelijke praktische resultaten uit onderzoek na een PhD op de plank te liggen, maar Vissers ODF’s zijn populair. ‘De verzoeken uit ziekenhuizen blijven komen en we werken inmiddels internationaal samen met andere universiteiten.’ De volgende stap is om de ODF’s bij de patiënt te krijgen, maar dat is nog een hele klus. Visser: ‘Yu Tian, een PhD-studente uit China, is ermee verdergegaan. Ook masterstudenten helpen graag mee. Ik ben dus nog steeds heel nauw bij het onderzoek betrokken.’

Op de vraag of ze de onderzoeksladder nog verder wil beklimmen, antwoordt Visser vastberaden ‘nee’. ‘Onderwijs is mijn passie en de combinatie met onderzoek zoals ik die nu heb, is perfect. Ik ben terug bij de kern van de farmacie, precies wat ik miste in de apotheek. En hoewel de patiënten wat verder weg zijn, heb ik daar de studenten voor teruggekregen.’