Planten kunnen wel nanodeeltjes opnemen uit lucht of water, maar die deeltjes blijven dan eeuwig hangen op de plek waar ze zijn bnnengekomen. Een hele geruststelling voor de consument, zo suggereren Zwitserse onderzoekers in het tijdschrift Environmental Science and Technology.

Ludwig Limbach en collega’s (ETH Zürich) stelden maisplanten bloot aan ceriumoxidedeeltjes in aerosolvorm, en stuurden er een paar gesimuleerde regenbuien achteraan om losliggende deeltjes van de bladeren te spoelen. Drie maanden later keken ze met inductief gekoppeld plasma-massaspectrometrie (ICP-MS) waar het ceriumoxide gebleven was.

 

De nanodeeltjes bleken nog steeds te zitten in de oudere bladeren, die er bij het begin van het experiment ook al waren. Als er in de nieuwere bladeren ook iets zat, dan bleef dat beneden de detectiegrens.

 

Proeven waarbij maisplanten ceriumoxidesuspensies te ‘drinken’ kregen in plaats van gewoon water, gaven eenzelfde beeld: de deeltjes werden wel door de wortels geabsorbeerd, maar de stengel haalden ze niet.

 

Als het ook voor andere gewassen op gaat, zou het kunnen betekenen dat het risico van nanodeeltljesvervuiling voor de consument geheel afhankelijk is van de vraag, welke delen van de plant je wenst te eten. Met andere woorden: bij kropsla, waarvan je wél de bladeren eet, is het een groter probleem dan bij mais.

 

bron: C&EN

Onderwerpen