In China is een soort supramoleculair klittenband uitgevonden dat loslaat als je er een potentiaalverschil overheen zet. Daarna kun je het gewoon weer dichtdrukken, blijkt uit een publicatie in Chemical Science.

De werking berust op de niet-covalente hechting tussen ferroceen en bèta-cyclodextrine. Dat laatste molecuul is ringvormig en ferroceen past er precies in. Omdat beide componenten hydrofoob zijn, blijven ze vervolgens stevig aan elkaar zitten.

Het klittenband bestaat uit twee 0,1 mm dikke velletjes geleidende folie (een gepolymeriseerde ionische vloeistof, om precies te zijn) waarvan er een met dat ferroceen is gefunctionaliseerd en de andere met cyclodextrine. Druk je die twee tegen elkaar, dan blijven ze stevig op elkaar zitten: de Chinezen claimen dat een vierkante centimeter een gewicht van een paar honderd gram houdt. Het werkt zowel in lucht als onder water, waarbij de pH en het zoutgehalte van het water ook nog eens weinig uitmaken.

Maar zodra je er meer dan 2 volt overheen zet, wordt het ferroceen geoxideerd tot ferroceniumionen die lang zo hydrofoob niet zijn. Gevolg: het klittenband laat meteen los.

Haal je de spanning er weer af, dan kun je de helften gewoon weer op elkaar drukken.

Vorig jaar kwam een Koreaans team al met een vergelijkbaar klittenband. Maar daarin zat cucurbituril verwerkt als lusjes, wat eveneens ringvormig is maar veel duurder dan cyclodextrine. Ook hadden de Koreanen de truc met het potentiaalverschil nog niet te pakken.

En nu eens zien of de Chinese versie echt commercieel potentieel heeft.

bron: ChemistryWorld

Onderwerpen