Met een combinatie van nanotechnologie en NMR kun je microvesikels in het bloed detecteren, die door hersentumoren worden afgescheiden. Dat opent totaal nieuwe diagnosemogelijkheden, meldt Nature Medicine.

Die microvesikels zijn in feite kleine stukjes celmembraan die van een moedercel zijn afgesplitst. Recent onderzoek heeft geleerd dat je op het oppervlak dezelfde eiwitten en andere biomerkers terugvindt, die ook in de celwand van die moedercel voorkomen.

In principe scheiden alle cellen zulke vesikels af, maar sommige tumoren produceren er veel meer dan gemiddeld. Dat laatste geldt bijvoorbeeld voor glioblastomen, het meest voorkomende en tevens meest agressieve type hersentumor. En aangezien microvesikels prima in staat zijn om door de bloed/hersenbarrière te glippen, vind je de productie van het glioblastoom in elke willekeurige ader terug.

Onderzoekers van Massachusetts General Hospital hebben nu voor het eerst een analysetechniek voor microvesikels bedacht die simpel, snel én gevoelig is. Het komt er op neer dat magnetische nanobolletjes (diameter 7 nm) voorzien van antilichamen die zich selectief aan bepaalde oppervlakte-eiwitten binden. Met die bolletjes labelen ze selectief de microvesikels die, gezien hun biomarkers, van tumorcellen afkomstig zijn. En vervolgens meten ze met een NMR-op-een-chip de concentratie gelabelde microvesikels in het bloed.

De onderzoekers claimen dat ze nu voor het eerst vanaf een heel vroeg stadium kunnen volgen of een glioblastoom reageert op medicijnen. Immers, het aantal microvesikels is evenredig met het aantal nog levende kankercellen. Met de huidige scanmethodes moet een tumor veel sterker van grootte veranderen voordat je enig verschil ziet.

bron: Nature Medicine, Massachusetts General Hospital

Onderwerpen