NKI-onderzoekers hebben het eiwit ontdekt dat endosomen in een cel vasthoudt totdat ze rijp zijn. Zo regelt het op zijn eentje de inwendige stoffenhuishouding, schrijven Sjaak Neefjes en collega’s in Cell.

Die endosomen zijn blaasjes waarin allerlei afvalproducten zich ophopen. Een deel wordt door allerlei enzymen klaar gemaakt voor hergebruik, het restant wordt uiteindelijk geloosd buiten het celmembraan. Maar het verzamelen van die stoffen kost tijd, en de enzymen hebben nog meer tijd nodig om ze te verwerken.

Als je het uiterst efficiënte transportsysteem van de cel haar gang zou laten gaan, zouden die enzymen daar bij lange na niet de tijd voor krijgen. Maar in de praktijk verspreiden de endosomen zich niet eens door de hele cel maar hopen zich op in het gebied rond de celkern, waar ze pas het vertreksein krijgen als de enzymen klaar zijn. Die ophoping heeft als bijkomend voordeel dat de endosomen hun lading gemakkelijk onderling kunnen uitwisselen; de publicatie spreekt van een ‘cargo bazaar’.

Samen met Sanquin en het LUMC hebben de NKI’ers nu ontdekt dat de endosomen in de tussentijd worden vastgehouden door ubiquitin ligase Ring finger protein 26, afgekort RNF26. Dit eiwit bevindt zich in het endoplasmatisch reticulum, een netwerk van membranen dat door de hele cel verspreid zit. RNF26 zoekt echter vooral het gebied rond de celkern op, en bindt daar via-via aan een ‘adaptermolecuul’ op de endosomen.

Dat zo’n endosoom daarn niet eeuwig verankerd blijft, is te danken aan een tweede enzym genaamd USP15. Dat concurreert met RNF26 wat de via-via-binding aan endosomen betreft, maar het zit niet aan het endoplasmatisch reticulum vast.

Hoe USP15 bepaalt welke endosomen het moet losgooien door RNF26 weg te concurreren, is nog volledig onduidelijk. Hoe het komt dat RNF26 alleen rond de kern actief is in plaats dat het zich over het hele endoplasmatisch reticulum verspreidt, is ook nog een raadsel.

bron: NKI, Cell Press