Om perfect bolvormige nanogouddeeltjes te maken moet je een laserstraal op een goudfilm laten vallen alsof het een steen in een vijver is. Dat melden de Leuvense onderzoekers Ventsislav Valev en Thierry Verbiest in het tijdschrift Advanced Materials.

Zulke nanogouddeeltjes worden door veel andere onderzoekers aangeprezen als veelbelovende vorm van kankertherapie. Het idee is dan om er moleculen aan te plakken die zich specifiek aan tumorweefsel hechten. Vervolgens stook je met behulp van (infrarood) licht de gouddeeltjes zò heet dat ze de cellen in hun omgeving doden.

Tot nu toe worden die gouddeeltjes gemaakt via een chemisch kristallisatieproces. Zo worden ze echter niet mooi rond maar een beetje korrelig.

In Leuven hebben ze nu een methode bedacht die ze ‘plasmon-enhanced sub-wavelength laser ablation’ noemen. Het idee is om laserpulsen toe te dienen aan een solide blok goud. Op bepaalde punten van zo’n oppervlak, zogeheten ‘plasmonic hotspots’, jaagt het licht de aanwezige elektronen sterker op dan gemiddeld. Dankzij de Ohmse weerstand genereren de elektronenstromen daarbij zo veel hitte dat het goud smelt en de nanodruppels vloeibaar goud alle kanten op vliegen.

Zulke druppels zijn uiteraard perfect bolvormig, en dat blijven ze ook wanneer ze stollen.

Voor de fysici is het belangrijkste nieuws dat de poeltjes gesmolten goud (en dus ook de druppeltjes) veel kleiner zijn dan de golflengte van het gebruikte laserlicht. Dat zou nooit hebben gekund wanneer die ‘plasmonic hotspots’ er niet waren en je het hele goudoppervlak had moeten laten smelten.

bron: KU Leuven

Onderwerpen