Zeewater met een verlaagd zoutgehalte kan tot tien procent meer aardolie losweken uit bronnen. Oliegigant BP wil speciaal hiervoor een ontziltingsfabriek opzetten.

Momenteel injecteren oliewinners zeewater tussen het zandsteen in de bron, waardoor de olie naar boven drijft. Het rendement van dit proces is slechts 35 procent. De nieuwe techniek, LoSal gedoopt, kan een deel van de achtergebleven olie wél loskrijgen.

In oliebronnen veroorzaken tweewaardige kationen zoals calcium en magnesium een sterke binding tussen polaire oliemoleculen en kleideeltjes in het zandsteen. In geïnjecteerd zeewater, dat veel ionen bevat, blijven de oliemoleculen hierdoor aan het gesteente kleven.

De oplossing is het gebruik van zoutarm zeewater. Hierdoor worden de tweewaardige kationen weggespoeld en verwisseld voor eenwaardige ionen, zoals natrium. De bindingen worden hierdoor verbroken en de vrije oliemoleculen komen nu wel naar de oppervlakte.

BP wil nu een ontziltingsfabriek installeren op het boorplatform van het Clair olieveld, dat ten westen van de Shetlandeilanden ligt. De fabriek gebruikt omgekeerde osmose om het zeewater te ontdoen van de tweewaardige kationen. LoSal moet de totale opbrengst van het veld verhogen met 42 miljoen vaten; zonder de nieuwe techniek zouden dat er 640 miljoen zijn.

Het plan van BP is om LoSal in te zetten bij alle zandsteenbronnen die het bedrijf gebruikt. Dit zou de wereldwijde productie van olie verhogen met miljarden vaten olie.

Bron: BP

Onderwerpen